De bijeenkomst was georganiseerd door het Gereformeerd Appèl, een beweging van leden uit de Christelijke Gereformeerde Kerken, de Nederlands Gereformeerde Kerken en de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt die het gebed om eenheid onder christenen wil bevorderen. Sprekers in het Amersfoortse kerkgebouw De Lichtkring waren ds. C. D. Affourtit, ds. D. W. Fijan en dr. E. A. de Boer.

Dr. De Boer, bijzonder hoogleraar geschiedenis van de Reformatie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, sprak over Mattheüs 18:10-20. Daarin staan teksten die soms ernstig misbruikt worden, zo stelde hij. Vooral de tekst waar de Heere zegt dat Hij in het midden is waar er twee of drie in Zijn Naam bijeen zijn „wordt gretig misbruikt om de aanwezigheid van de Heere voor ons idee van gemeente of groep te claimen. Bijvoorbeeld door bevlogen gelovigen, die met z’n drieën de doop aan een vierde bedienen. Maar wat moet er gebeuren om werkelijk „in Zijn naam” bijeen te zijn? Daar moet, om aan het verband van het Schriftwoord recht te doen, ook met zonde geconfronteerd worden.”

Dr. De Boer wees op de Bijbelse weg om een ander te vermanen over zonden. „Hoofdlijn is: niet jezelf hoog houden, maar meewerken om zondaars te behouden.”

Een christen moet de ander onder vier ogen aanspreken. „Sla niet van je af; schrijf geen boze brief; sluit de deur niet. Die eerste stap kost al veel zelfoverwinning: naar de dader toegaan voor een ontmoeting onder vier ogen – voor Gods aangezicht. Je wilt de ander immers van zijn zonde afbrengen en terugwinnen – als je broeder!”

Als het niet lukt en hij niet wil luisteren, neem dan nog één of twee anderen mee, zo stelde 
dr. De Boer. „Desnoods schakel je de gemeente in.”