Kans op overstroming huis vaak onderschat
WAGENINGEN (ANP) – Bijna 70 procent van de Nederlanders die in een gebied wonen waar hun huis meer dan 2 meter onder water zal komen te staan als er een dijk breekt, onderschat dat risico.
Een kwart denkt zelfs dat het huis helemaal niet zal onderlopen. Wie wel weet van een overstromingsrisico, onderschat meestal hoe hoog het water dan zal komen te staan.
Dat blijkt uit een onderzoek naar de tevredenheid van Nederlanders met maatregelen tegen hoogwater, dat onderzoeksbureau Alterra van de Wageningen Universiteit heeft uitgevoerd in opdracht van Rijkswaterstaat.
Vrijwel iedereen die langs de Noordzee- of IJsselmeerkust woont en alle bewoners van het stroomgebied van de grote rivieren lopen kans op een ernstige overstroming bij dijkdoorbraak. Het rivier- of zeewater zal dan snel metershoog stijgen.
Nederlanders zijn tevreden over de aandacht die de overheid schenkt aan bescherming tegen hoogwater en aan het feit dat het land voor een groot deel onder de zeespiegel ligt.
Versterken van de dijken kan tegenwoordig, in tegenstelling tot het eind van de vorige eeuw, op veel draagvlak rekenen. Voor preventieve maatregelen zoals het aanleggen van nevengeulen, zand opspuiten aan de kust en het inrichten van overloopgebieden is eveneens veel steun.
Van de Nederlanders voelt 87 procent zich veilig tegen overstromingen. Onder mensen die wel eens hoogwater hebben meegemaakt, is dat gevoel minder. Driekwart van de bevolking denkt dat wateroverlast en overstromingen in de toekomst vaker zullen voorkomen en 56 procent vindt zichzelf daar niet goed op voorbereid.
Rijkswaterstaat is volgens de ruim 2100 ondervraagden deskundig en toekomst- en resultaatgericht. In Zeeland, met zijn Deltawerken, zijn het imago van Rijkswaterstaat en de tevredenheid daarover duidelijk groter dan in de rest van het land.