Onzekerheid over ontgrinding
De provincie Limburg weet niet of er op 3 oktober een overeenkomst kan worden gesloten met de gezamenlijke Limburgse ontgrinders die het Grensmaasproject moeten uitvoeren.
Dit project betreft de beveiliging van de Maas in Zuid-Limburg tegen overstromingen. Deze ontgrinders zijn georganiseerd in het Consortium Grensmaas, ook wel de Panheelgroep genoemd naar de hoofdvestiging van het consortium.
De Limburgse gedeputeerde M. Vestjens (VVD, Waterstaat) zei woensdagavond tijdens een inspraakavond in Itteren dat noch de Europese Commissie noch de mededingingsautoriteit NMa uitsluitsel geeft over goedkeuring van zo’n contract met het consortium.
Bij de Europese Commissie zijn klachten ingediend door Europese aannemers. Zij stellen dat de onderhandse aanbesteding door de provincie Limburg aan het consortium in strijd is met Europese regels. Het consortium zelf vindt het project te duur worden, omdat het Rijk allerlei nieuwe en dure wettelijke voorschriften hanteert.
Directeur H. Maessen van het consortium liet vorige week nog weten dat er of geld bij moet, of het werk kleiner gemaakt moet worden. Dat wil zeggen: minder natuuraanleg in ruil voor de ontgrindingen. De provincie wil op 3 oktober een definitieve overeenkomst sluiten, maar het consortium wil eerst nieuw overleg.
Direct na de opening van de bijeenkomst las voorzitster T. Teunissen van de dorpsraad een verklaring voor, waarin ze de grootschalige ontgrindingen rond Itteren verwierp. Volgens de bewoners heeft 60 procent van de ontgrindingen in Limburg niets met beveiliging van de Maas van doen, en gaat het alleen om het geld.
Bovendien vrezen de inwoners meer druk op de dijken, verdroging of vernatting van de omgeving, en scheurvorming in woningen. „Wij vinden dat Limburg genoeg delfstoffen geleverd heeft”, aldus de dorpsraad in de verklaring.
Onmiddellijk na het voorlezen van de verklaring van Teunissen liepen boze inwoners van het Zuid-Limburgse Maasdorpje demonstratief weg uit de voorlichtingsbijeenkomst en verlieten het gemeenschapshuis. Vestjens vond het incident „jammer.” Hij noemde de noodzaak om te ontgrinden „een noodzakelijke voorwaarde bij het Grensmaasproject.”