Berlijn: savooiekool in plaats van kerosinelucht
Een van de eerste dingen die ik van Berlijners over hun stad te horen kreeg toen ik hier kwam wonen, was dat Berlijn een van de groenste steden in Europa is. Het vele groen in de stad en de wilde bosparken verder naar de rand maken het inderdaad een leefbare stad.
De Duitse hoofdstad presenteert zichzelf ook graag zo, dus kom je deze aanbeveling ook in diverse brochures van touroperators tegen.
Hoewel een serieus Engels wetenschappelijk onderzoek vorig jaar berekende dat het groenoppervlak van Berlijn rond het gemiddelde voor een stad in Europa ligt, houd ik de brochuretekst inmiddels ook anderen voor. Zwemmen in open water binnen de stadsgrenzen, waar kan dat nou? En wie leest er nu zo’n wetenschappelijke tekst?
Een voorbeeld: de voormalige Muurstrook, soms 200 meter breed, zorgt altijd nog voor grote verwilderde plekken midden in de stad. Op sommige van die plekken ontstaan door eigen initiatief buurtparkjes of zelfs moestuinen, zoals langs de Bethaniendamm in Kreuzberg en bij de Moritzplatz, waar tot de oorlog het eerste warenhuis in Europa van de firma Wertheim stond.
En sinds dit voorjaar heeft de stad er een reusachtig ‘park’ bij. Of beter gezegd een weide: het stadsvliegveld Tempelhof, dat sinds twee jaar verboden terrein is voor zakenvliegtuigjes.
Het is enorme vlakte, 386 hectare: bijna 4 vierkante kilometer gras met beton. Wat doe je ermee als stad? Sinds een paar maanden is het veld voor iedereen geopend die wil joggen, skaten, vliegeren of gewoon in de zon ver weg van het stadsrumoer een boek wil lezen. Barbecueën mag ook, hier ben je niemand tot last.
Deze week kwam de ultieme oplossing voor de vlakte: volkstuintjes! Daar waar zestig jaar geleden de ”Rosinenbomber” landden om West-Berlijn van voedsel te voorzien, groeien misschien binnenkort savooiekool en kropjes sla.
Het volkstuintjesbestand in Berlijn staat namelijk onder druk. Op een vrijkomend volkstuintje moet een toekomstige ”Laubenpieper” tot vijf jaar wachten. Voor de helft van de tuintjes die de komende jaren moeten wijken, bijna 10 procent van de 3000 hectare, is bovendien nog geen alternatief stuk grond voorhanden. Juist: precies het vliegveldterrein.
De verantwoordelijke Berlijnse senator Junge-Reyer kan het zich in ieder geval al helemaal voorstellen, al was het maar als tijdelijke oplossing. Op volkstuintjescomplexen wordt „het sociale buurtleven voorbeeldig geleefd”, vindt ze. Daar mag wel een stuk vliegveld voor wijken.