„Nederland niet klaar voor epidemie”
Nederland is niet volledig toegerust om epidemieën van nieuwe of veranderde infecties het hoofd te bieden. Dat constateert de Raad voor Gezondheidsonderzoek.
Nederland is zich wel bewust van het infectieziekteprobleem, maar is niet goed voorbereid op een eventuele uitbraak. Volgens een zaterdag aan staatssecretaris Ross aangeboden advies moeten de voorzieningen om een epidemie te signaleren worden uitgebreid. Ross ontving het advies tijdens een congres over infectieziekten in Den Haag. De raad meent dat er meer investeringen nodig zijn in de opleiding van medisch en wetenschappelijk personeel om het onderzoek op een goed peil te houden.
Na de ontdekking en wereldwijde toepassing van antibiotica na de Tweede Wereldoorlog en de uitroeiing van het pokkenvirus in de jaren ’70 bestond de overtuiging dat de infectieziekten waren verslagen. Met het uitbreken van de aids-epidemie bleek dit niet het geval. De uitbraak van de longziekte SARS bevestigt dat.
Volgens de raad is het Nederlandse infectieziekteonderzoek van goede kwaliteit. Maar de nationale coördinatie van onderzoek kan beter. Ook verdient wat de raad noemt de „infrastructuur voor signalering, surveillance en bestrijding” verbetering. Daarbij zou het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, dat op het gebied van vaccinaties een belangrijke rol speelt, als een volwaardige medespeler in het wetenschappelijk veld moeten worden beschouwd. Een van de taken van het RIVM is het ontwikkelen van vaccins tegen infectieziekten.
De medische specialisaties op het gebied van infectieziekten dienen hun opleidingen beter op elkaar af te stemmen. Integratie tot één opleiding is niet haalbaar, aldus de raad. In de opleidingen voor biomedische wetenschappers, bio-informatici, gedragswetenschappers en verpleegkundigen moeten infectieziekten verder meer aandacht krijgen.
Staatssecretaris Ross zei er voorstander van te zijn dat ziekenhuizen en lokale en regionale gezondheidsdiensten beter gaan samenwerken op het gebied van infectieziekten. Ook zou volgens haar de kennis die GGD’s opdoen van lokale epidemieën beter moeten worden ingezet om daarmee het beleid bij te stellen.
Ross is blij met het voornemen van de Europese Commissie om een Europees centrum voor ziektepreventie op te richten. Zo’n centrum kan een belangrijke bijdrage leveren aan de afstemming van Europees beleid, de opsporing van infectieziekten en onderzoek, zei de staatssecretaris. Volgens haar kan het RIVM een belangrijke rol spelen bij een Europees centrum. „Een dergelijke voorziening moet niet alleen een bepaald wetenschappelijk niveau hebben, maar ook praktisch gericht zijn. Om infectieziekten goed te kunnen bestrijden hebben we niet alleen kamergeleerden nodig, maar mensen die de wetenschap in de praktijk kunnen vertalen.”