Dat maakten de organisaties dinsdag bekend.

Vorige week werd bekend dat de gemeente Noordoostpolder op een voorlopige lijst is geplaatst om in aanmerking te komen voor de status van wereld­erfgoed. Op deze lijst staan ongeveer zeventig erfgoederen. Van die lijst wil het kabinet uiteindelijk ongeveer drie erfgoederen nomineren voor de Werelderfgoedlijst.

Nederland telt momenteel acht werelderfgoederen. Een ervan is het voormalige eiland Schokland, in de Noordoostpolder. Daarnaast staan onder meer de Waddenzee, het Woudagemaal in Lemmer en de molens van Kinderdijk op de lijst.

De gemeente Noordoostpolder wil ook op de lijst komen, vanwege het unieke ontwerp van het gebied. Comité Urk Briest en Stichting Erfgoed Urk zijn voorstander van plaatsing op 
de Wereld­erfgoedlijst, maar alleen als de geplande bouw van 86 windmolens bij Urk niet doorgaat. De molens moeten een maximale hoogte van 200 meter krijgen.

„Industriële windparken passen niet in beschermde landschappen”, aldus woordvoerder Van Loosen van de organisaties. „De gemeente Noordoostpolder moet kiezen tussen het beschermen van haar erfgoed of een industriezone met windparken, omdat deze niet samengaan. De gemeente kan zich in de nabije toekomst slechts op één manier profileren: óf als uniek polderlandschap, óf als locatie voor industriële windparken.” De organisaties zeggen dat de wind­molens „een zeer dwingend effect” zullen hebben op het landschap van de Noordoostpolder.

De gemeente Noordoostpolder gaf vanmorgen in een reactie aan dat Unesco ongetwijfeld op de hoogte is van de komst van de windmolens. „We hebben de bouw van het park meegenomen in de afwegingen bij de voorlopige nominatie voor de Werelderfgoedlijst”, aldus een woordvoerster. De gemeente ziet geen aanleiding om op dit moment te reageren in de richting van de Urker organisaties of Unesco.