Dat concludeert de Rekenkamer in het rapport ”Uitwisseling opsporings- en terrorisme-informatie”. Het onderzoek is donderdag gepresenteerd.

De Rekenkamer beschrijft in het rapport de lange weg die uiteindelijk moet leiden tot het inzetten van speciale antiterreureenheden. Deze voert onder meer langs de hoofdofficier van justitie, de commissaris van de Koningin, de top van het openbaar ministerie en de minister van Justitie.

De overheidscontroleur vraagt zich af „of met dit totale pakket van voorschriften en procedures in noodsituaties voldoende slagvaardig kan worden gehandeld.” Als de minister van Justitie toestemming voor de inzet van een team heeft gegeven, moet hij ook nog eens afzonderlijk zijn fiat geven voor het gebruik van bepaalde geweldsmiddelen van deze speciale teams, zoals het inzetten van automatische vuurwapens.

Verder concludeert de Rekenkamer nog eens dat het uitwisselen van informatie over zware criminaliteit en terrorisme binnen de politie en tussen de politie en de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) moet verbeteren. Dit komt overeen met de bevindingen van de commissies-Franssen en -Van den Haak die al eerder zijn uitgebracht.

De ministeries van Binnenlandse Zaken en Justitie wijzen in hun reactie op het rapport naar de maatregelen die ze inmiddels hebben getroffen. Zo is er sinds begin dit jaar een projectdirecteur-generaal bewaking en crisisbeheersing aangesteld. Deze is bezig met het opzetten van een nieuw beveiligingssysteem voor objecten en personen.

Ook valt het volgens een woordvoerder van Binnenlandse Zaken wel mee met de stroperigheid van de procedures. Hij is het niet eens met de conclusies van de Rekenkamer op dit onderwerp en noemt als voorbeeld dat bij inzet van BBE’s de toestemming ook achteraf kan worden verleend. Ook vinden de ministeries van Justitie en Binnenlandse Zaken niet dat de voorschriften daadkrachtig optreden in de weg staan.

De Rekenkamer erkent dat er al initiatieven in gang zijn gezet om de bekritiseerde procedures te verbeteren. Er was geen tijd meer om die aanpassingen in het rapport te verwerken.