Door het uitblijven van flinke buien zit winst er voor delen van de agrarische sector dit seizoen niet meer in, liet woordvoerder H. Mertens van de Limburgse Land- en Tuinbouwbond (LLTB) donderdag weten. „Er is nu al een groeiachterstand van 30 procent in vergelijking met vorig jaar.”

Volgens hem is het voor veel gewassen nu een kwestie van overleven; groeien lukt sowieso niet. Dat zorgt hoogstwaarschijnlijk niet alleen voor een verminderde opbrengst, maar ook voor kwaliteitsverlies, voorspelt Mertens. Voor sommige fruittelers is het seizoen volgens hem nu al verloren.

De zandgronden in Limburg maken het gebied extra gevoelig voor droogte: het vocht zakt snel weg. Dat geldt niet voor Zeeland, maar daar is beregenen een stuk lastiger: het waterschap heeft gisteren voor vrijwel de gehele provincie een verbod uitgevaardigd op het gebruik van oppervlaktewater voor beregening. Grondwater is echter in grote delen van de provincie onbruikbaar door het hoge zoutgehalte.

Om toch te kunnen beregenen, wordt gebruikgemaakt van een zoetwaterleiding vanuit het Brabantse Volkerak-Zoommeer. „Maar als het nog langer warm blijft, dreigt daar de blauwalgproblematiek”, zegt woordvoerder Maarten Leseman van landbouworganisatie ZLTO. „Dan kun je nog wat filteren, maar het wordt steeds spannender of er bruikbaar water overblijft.”

Het lijkt er niet op dat de droogte snel afneemt: het KNMI voorspelt tot eind deze maand een grote kans dat het warme weertype –met middagtemperaturen rond de 25 graden– aanhoudt. Er is hoogstens kans op „een enkele regen- of onweersbui”, aldus het KNMI.

Een enkele bui is echter veel te weinig om de gevolgen van de hitte ongedaan te maken. Van een landbouwcatastrofe is nog geen sprake, zegt woordvoerster Anne-Marie Vangeenberghe van de Belgische Boerenbond in het Vlaamse Nieuwsblad, „maar dan moet het echt wel beginnen te regenen. Als dat eind volgende week nog niet gebeurd is, stevenen we pas echt op een ramp af.”

Die woorden neemt Leseman van de ZLTO niet in de mond. „Op een individueel bedrijf kan de droogte echt veel geld kosten. Maar sectorbreed hoor ik nog niet: We gaan failliet.” Volgens hem is de droogte in sommige gevallen nijpender voor de rundveehouders dan voor de fruittelers. „Het gras moet beregend kunnen worden om straks voldoende voedsel te hebben. Hetzelfde geldt voor de maïs: die komt in sommige gebieden nauwelijks boven de grond uit. De kolf moet nu komen, anders is de voedingswaarde straks nul.”

In natuurgebieden is de brandweer extra waakzaam. Onder meer met controlevluchten moeten beginnende branden zo snel mogelijk worden opgespoord. Het gevaar voor brand is in sommige gebieden „zeer groot.”