„Europa dumpt slechte voeding in Afrika”
BRUSSEL (ANP) – Europa exporteert naar Afrika „behoorlijk wat” voeding en chemische stoffen die voor Europeanen ongeschikt zijn. Dat stelde Herman Koëter, voormalig bestuurder van het EU-agentschap voor veilige voeding EFSA en van de OESO, zondag tegen het ANP.
„DDT is een goed voorbeeld van een insectenbestrijdingsmiddel dat in Europa is verboden, maar vrolijk naar Afrika wordt geëxporteerd. Ook in de voeding zien we zaken die door herverpakking ineens niet langer ‘over de houdbaarheidsdatum’ zijn. Een partij vis met te veel kwik of dioxinen eindigt niet zelden in een ontwikkelingsland”, zegt Koëter.
De 62-jarige Nederlander geeft via zijn Brusselse non-profitorganisatie Orange House Partnership trainingen aan toezichthouders in Afrika, China en andere niet-westerse landen over de risico’s van voeding en chemische stoffen.
Net terug uit China en Uruguay gaf hij vorige maand in Kameroen training aan toezichthouders. „De autoriteiten in dat land krijgen wel aanvragen van fabrikanten om pesticiden toe te laten, maar missen de deskundigheid om de aanvraag te beoordelen. Als de fabrikant of een ander land zegt dat het goed spul is, lieten ze het toe”, aldus Koëter, die de toezichthouders nu zo veel kennis heeft bijgebracht dat ze in elk geval begrijpen wat de belangrijkste aspecten zijn om in de gaten te houden.
Zijn indruk is wel dat voeding in Afrika, China en andere niet-westerse landen gestaag minder bacteriële en chemische vervuiling bevat. De kennis van de risico’s en het toezicht komen langzaam op een hoger peil. Maar er is nog veel onkunde, stelt de voedingswetenschapper. „Veel boeren in Afrika hebben niet de notie dat je de sla niet met gif tegen slakken moet bespuiten een dag voor de oogst”, zegt Koëter. „En om de sla wat frisser te maken voor de verkoop, door ze te besproeien met water. Dat water komt vaak wel uit een open riool, meestal vol met de E. colibacteriën die buikvliesontsteking en diarree kunnen veroorzaken.”