Europa is nog niet uit de crisis, stelt het CPB. De onzekerheid over de Nederlandse economie wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door de koers van de euro. Diverse landen zullen flink moeten bezuinigen om de euro stabiel te houden. Een stabiele, naar verhouding dure euro, is slecht voor de export van ons land. De groei van de Nederlandse economie komt nu alleen van de uitvoer, en niet van binnenlandse bestedingen.

Maar als er geen forse en geloofwaardige bezuinigingsplannen komen, heeft dat negatieve gevolgen. Beleggers verliezen dan hun vertrouwen in de staatsleningen van landen die de problemen niet voortvarend aanpakken, en dat kan de banken in Europa opnieuw in de problemen brengen.

Het begrotingstekort van Nederland komt dit jaar naar verwachting uit op 6,3 procent en volgend jaar op 4,7 procent. Daarbij is uitgegaan van het beleid van het huidige demissionaire kabinet. Veel zal afhangen van de nieuwe maatregelen om het begrotingstekort terug te dringen. Minister De Jager (Financiën) zei in een reactie dat de overheidsfinanciën op een „doortastende en geloofwaardige manier op orde moeten worden gebracht”. Anders verliezen investeerders volgens hem het vertrouwen in overheden.

De rekenmeesters van het kabinet zijn nu een beetje somberder dan bij hun vorige prognose in maart. De economische groei wordt in beide jaren met 0,25 procent naar beneden bijgesteld. Voor dit jaar komt de groei uit op 1,25 procent en volgend jaar 1,75 procent. De bestedingen van de Nederlandse huishoudens nemen zowel dit jaar als volgend jaar slechts mondjesmaat toe met 0,75 procent. De investeringen van bedrijven dalen dit jaar met zo’n 12 procent en staan ook volgend jaar nog op een laag pitje met een toename van 1 procent. Bedrijven vinden nieuwe investeringen kennelijk niet nodig zolang de huidige productiemiddelen maar voor een deel benut worden.

Minister Maria van der Hoeven van Economische Zaken noemt die ontwikkelingen „zorgelijk”. Veel zal afhangen van de export van ons land en dat is vooral afhankelijk van de groei van de wereldhandel. De minister ziet het als een „lichtpuntje” dat het CPB wat minder somber is geworden over de werkloosheid.

Het CPB stelt dat de „krimp in de werkgelegenheid” minder groot is dan eerder werd gedacht. Bedrijven blijken personeel wat langer in dienst te houden dan tot dusver werd aangenomen. Dat neemt niet weg dat de werkloosheid blijft oplopen: van 4,9 procent vorig jaar naar 5,75 procent dit jaar en 6 procent volgend jaar. In dit economische klimaat stellen de vakbonden minder hoge looneisen en de loonsverhogingen blijven beperkt tot 1 procent dit jaar en 1,5 procent volgend jaar, verwacht het CPB. De inflatie loopt meer op, met 1,5 procent dit jaar en 2 procent volgend jaar.