Voor Gerdi Verbeet zou het de tweede termijn worden. „Mijn inzet was en is om het voorzitterschap dienstbaar te maken aan een helder en goed verloop van het debat. Het is belangrijk om debatten fair, ordelijk en aantrekkelijk te houden. Fluiten met gevoel voor de wedstrijd is cruciaal. Het gaat om méér dan alleen de orde”, schrijft ze.

Voor de nieuwe parlementaire periode ziet ze als bijzondere aandachtspunten de versterking van de onderzoeksfunctie van de Kamer en de kwaliteit van het wetgevingsproces. „Verder zou de Kamer moeten nagaan of het mogelijk is, met behoud van hoge kwaliteit, haar eigen procedures bij wetgeving te versnellen. Een punt van aandacht is hoe de Kamer omgaat met actualiteiten in de spoeddebatten en het vragenuur.”

Aptroot acht zichzelf ook prima geschikt: „Mijn motivatie voor de kandidatuur is niet alleen dat ik in hart en nieren een volksvertegenwoordiger ben en dat de voorzittersrol bij mij past, ik ben extra gemotiveerd omdat ik vind dat de Kamer beter kan en moet functioneren. Daarbij gaat het zowel om de inrichting en het verloop van vergaderingen, bijvoorbeeld het vragenuur, als om de organisatie van de Tweede Kamer zelf.”