Bevers bezorgen Pools stadje waterangst
SLUBICE – Het Poolse stadje Slubice maakt zich op voor een mogelijke overstroming van de Oder. Het grootste gevaar schuilt echter niet in de op één na hoogste waterspiegel ooit.
Tegen het muurtje dat langs het dijkpad loopt, liggen witte zandzakken in een dubbele rij. Verder stroomafwaarts bedekken op sommige plekken grote stukken zwart landbouwplastic de dijk. Ze worden op hun plaats gehouden door rijen zandzakken.
Een soldaat komt de dijk oplopen. Hij houdt een rol plastic in de hand. „Vanwege de bevers, dat plastic”, zegt hij in het voorbijgaan, en scheurt weer weg met zijn truck.
Op ten minste zes plaatsen hebben militairen de afgelopen dagen zwakke plekken in de dijk verstevigd. De dijk is inmiddels afgesloten; op de weg erachter mag alleen worden gewandeld en gefietst.
Slubice, de Poolse grensstad tegenover Frankfurt aan de Oder, is voorbereid op het wassende water. Morgen moet de rivier de Oder hier zijn hoogste punt bereiken.
„Eigenlijk is de dijk hoog genoeg”, vertelt Katarina Mintus-Trojan, de jonge viceburgemeester van Slubice in het stadhuis. „In 1997, toen de Oder grote overstromingen in Duitsland veroorzaakte, was het in Slubice kantje boord. Sindsdien hebben we de dijk met bijna 1 meter verhoogd. Maar de bevers hebben de dijk aangetast. We hopen dat de extra versteviging voldoet.”
Dat is overigens niet de enige zorg. De hoge waterstand drukt het grondwater omhoog en zorgt er mogelijk voor dat de straten onderlopen. De eerste kelders stonden gisteren al blank.
„De riolering is onze grote angst. We weten niet of die het opkomende grondwater snel genoeg kan afvoeren”, zegt Mintus-Trojan, die daarbij zelfs over mogelijke epidemieën speculeert.
Om het riool te ontlasten en mogelijke reddingsacties te vergemakkelijken, heeft de burgemeester van stadje de bewoners verzocht om, indien mogelijk, de stad van morgen tot maandag te verlaten. „Anders zouden we wel eens in ons eigen rioolwater kunnen zwemmen”, zo liet hij de pers weten.
De scholen en peuterspeelzalen gaan morgen dicht; het kleine ziekenhuis verhuisde gisteren zijn laatste patiënten naar nabijgelegen plaatsen. Het elektriciteitsnet van het ziekenhuis kan gevaar lopen, legt een wachtende ziekenwagenchauffeur uit. Het blijft alleen open voor eventuele noodopname.
In het oude binnenstadje kronkelt een winkelstraatje omhoog naar de Oderbrug. Het is rustig. Een man koopt een slof sigaretten, de groenteboer zit voor z’n sobere winkel in de zon. Veel verkoopsters weten nog niet of ze hun winkels zullen sluiten. Een bloemenverkoopster zegt gewoon open te blijven. „Ik moet toch geld verdienen”, licht ze haar besluit toe.
In 1997 werd Slubice eveneens ontruimd vanwege de hoge waterstand. Ewa Bielewicz-Polakowska, pr-functionaris van het plaatselijke Collegium Polonicum, weet het zich nog te herinneren. „Toen werd de hele stad geëvacueerd, dat was wel griezelig.”
Ondanks de oproep om te vertrekken kent de Poolse genoeg mensen die blijven. „Vooral ouderen”, zegt de dertiger. „Misschien is het allemaal overdreven, maar het blijft natuur, je weet het nooit zeker.”