De RAD onderzocht bijna een kwart van de ingediende declaraties. In 70 procent van de gevallen was alles in orde, aldus het ministerie. „In de andere gevallen konden de accountants de declaraties niet goed beoordelen.”

„Ik ben het niet met de minister eens dat het meevalt”, zegt voorzitter Han Busker van de NPB. „Er bestaan veel onduidelijkheden in de regelgeving. Daarom zijn veel zaken als oncontroleerbaar weggezet. Bij de politie is integriteit het allerbelangrijkste. In 23 gevallen van declaratie is geen basis gevonden. Dat zijn er gewoon 23 te veel. Die hadden niet mogen plaatsvinden binnen de politietop.”

De minister concludeerde op basis van het onderzoeksresultaat dat er ‘geen sprake is van misbruik van de regels’ over toelagen en declaraties bij de top van de Nederlandse politie. Wel wil hij soberder arbeidsvoorwaarden voor de politietop.

Busker is wel blij dat de minister snel met de resultaten van het onderzoek aan de slag gaat. „Onduidelijke regelgeving moet snel worden verbeterd.” Ook zal de NPB-voorman ‘bovenop’ de gevolgen van de 23 verdachte declaraties zitten en kijken wat daarmee wordt gedaan. „Wat ons betreft is het niet genoeg dat deze declaraties worden terugbetaald”, benadrukt Busker. „Normale politiemensen krijgen in dit soort gevallen een disciplinaire straf. Dat moet bij de politietop ook gewoon gebeuren.”

Voorzitter Gerrit van de Kamp van de politievakbond ACP is van mening dat met dit onderzoek niet is aangetoond dat het op grote schaal mis is met declaraties binnen de politietop. „Er zijn enkele duizenden declaraties bekeken, heb ik begrepen. Gezien het beeld dat van tevoren was ontstaan, zou je verwachten dat er meer mis zou zijn. Maar dat negatieve beeld is niet bevestigd.”