Een internationaal team dat de ramp heeft onderzocht, presenteerde donderdag zijn bevindingen. Op de plek waar de Zuid–Koreaanse korvet de Cheonan op 26 maart zonk, zijn delen van een 250 kilo zware torpedo gevonden, waaronder een schroef, een stuurmechanisme en de aandrijving.Waarschijnlijk is het projectiel afgevuurd door een kleine onderzeeboot. „Een paar kleine onderzeeërs en een moederschip hebben twee tot drie dagen voor de aanval een marinebasis in het noorden verlaten. Twee tot drie dagen na de aanval keerden ze terug", aldus de onderzoekers. In de omgeving van de ramp waren volgens hen geen onderzeeërs van andere landen. Noord–Korea heeft de bevindingen afgedaan als „pure verzinsels".

De Zuid–Koreaanse president Lee Myung–bak heeft „kordate tegenmaatregelen" aangekondigd, maar zijn mogelijkheden zijn beperkt. Een militaire tegenaanval kan een totale oorlog ontketenen, waar Noord–Korea donderdag al mee dreigde. Het zuiden wil dat scenario vermoedelijk voorkomen. De hoofdstad Seoul met 24 miljoen inwoners ligt op een steenworp afstand van de grens met Noord–Korea, dat zo goed als zeker beschikt over kernwapens.

Zuid–Korea stapt misschien naar de VN–Veiligheidsraad, die nieuwe sancties zou moeten opleggen aan Noord–Korea. China, nagenoeg de enige bondgenoot van Pyongyang, heeft echter een vetorecht en kan strafmaatregelen blokkeren.

De buitenwereld heeft Noord–Korea scherp veroordeeld. De Amerikaanse president Barack Obama zegde zijn Zuid–Koreaanse collega Lee Myung–bak steun toe, ook bij verdediging tegen nieuwe aanvallen. Japan noemde de aanval „onvergeeflijk". China hield het bij een oproep tot kalmte.

De korvet de Cheonan verging na een explosie onder het oppervlak van de Gele Zee, vlak bij een omstreden zeegrens ten westen van het Koreaanse schiereiland. In het gebied zijn marineschepen van Noord– en Zuid–Korea vaker slaags geraakt. Tijdens het WK voetbal in Zuid–Korea in 2002 beschoten marineschepen van de beide landen elkaar daar. Aan Noord–Koreaanse zijde vielen toen ongeveer dertien doden, het zuiden verloor ongeveer zes militairen. Drie jaar eerder waren dertig Noord–Koreanen gesneuveld bij een zeeslag in het gebied.

Het Koreaanse schiereiland werd na 1945, toen de Japanse bezetters waren verdreven, verdeeld. De Sowjet–Unie bestuurde het noorden en de Verenigde Staten het zuiden. Net als in Duitsland groeiden de zones uit tot aparte staten. In 1950 viel het noorden de miljoenenstad Seoul, hoofdstad van het zuiden binnen. Zuid–Korea wist de aanval af te slaan met hulp van een VN–vredesmacht, waartoe onder meer de VS en Nederland behoorden. Een wapenstilstand maakte in 1953 een einde aan de gevechten, maar vrede is zestig jaar later verder weg dan ooit.