Dit blijkt uit onderzoek van het Voedingscentrum in Den Haag. Van de eieren die in Nederland verkocht worden, is naar schatting een op de 3000 besmet met de salmonella enteritidisbacterie. Dit is een van de meest venijnige salmonellabacteriën. De eieren die ermee zijn besmet, veroorzaken 30 tot 40 procent van het totale aantal salmonellabesmettingen in Nederland. Jaarlijks worden in totaal ongeveer 50.000 mensen ziek door een salmonellabesmetting. Vooral jonge kinderen, zwangeren, hoogbejaarden en zieken hebben een grotere kans door het eten van besmette eieren een voedselinfectie op te lopen.

Met de feestdagen voor de deur wil het Voedingscentrum de aandacht vestigen op het risico dat het gebruik van rauwe eieren met zich meebrengt. In een onderzoek heeft het Voedingscentrum onlangs bijna 2000 consumenten gevraagd naar het gebruik van eieren in verband met de kans op een salmonellabesmetting. Ruim eenderde voorkomt besmetting door het ei helemaal gaar te maken. Zo’n 10 procent daarentegen eet z’n ei zachtgekookt, en meer dan de helft halfzacht.

Ook maakt 10 procent van de ondervraagden wel eens een recept met rauwe eieren en snoept bijna de helft van de consumenten van ongebakken deeg of beslag met ei. Verder denkt de helft van de respondenten dat eieren niet in de koelkast bewaard hoeven te worden, terwijl dat wel aan te raden is om vermenigvuldiging van mogelijk aanwezige salmonellabacteriën te remmen.

Haagse bluf
Besmetting met salmonella kan optreden wanneer rauw ei niet of onvoldoende wordt verhit. Dit is bijvoorbeeld het geval met zachtgekookte en halfzacht gekookte eieren waarbij het eigeel nog vloeibaar is, en bij toetjes als bavarois, Haagse bluf en tiramisu. Ook kan besmetting optreden door een slechte keukenhygiëne, waarbij besmet ei via de handen, het keukengerei, vaatdoekjes of het aanrecht in contact komt met bereid voedsel.

De salmonellabacterie gaat dood bij een temperatuur boven de 70 graden Celcius. Hardgekookte eieren of gerechten met ei die goed verhit worden, zoals cake, soufflé en omelet, leveren dan ook geen risico op.

Een besmetting met salmonella leidt niet altijd tot een voedselinfectie. Als deze optreedt, uit zich dat door diarree, buikpijn, lichte koorts, misselijkheid en overgeven. Bij de meeste mensen houden deze verschijnselen twee tot drie dagen aan. Mensen met verminderde weerstand zijn veel gevoeliger voor een besmetting met salmonella. Daarbij gaat het om heel jonge kinderen, zwangere vrouwen, hoogbejaarden en mensen die lijden aan een ziekte die hun weerstand vermindert. Recente salmonellabesmettingen met dodelijke afloop tonen aan dat vooral deze groepen extra voorzichtig moeten zijn met eieren.