Identificatie slachtoffers vliegramp gestart
TRIPOLI (AP) – De identificatie van de slachtoffers van de vliegramp in het Libische Tripoli is zondag van start gegaan, nadat familieleden DNA–materiaal en andere belangrijke informatie hadden afgestaan. Tegelijkertijd hebben Nederlandse en Amerikaanse onderzoekers geholpen bij het zoeken naar aanwijzingen op de plek waar het vliegtuig van Afriqiyah Airways vorige week neerstortte.
Onderzoeker Daan Noort, leider van het Landelijk Team Forensische Opsporing, zei dat het moeilijk is om de slachtoffers te identificeren, omdat soms alleen een lichaamsdeel werd gevonden. ‘Soms zijn het hele lichamen, soms slechts lichaamsdelen’, aldus Noort. Onderzoekers hebben nog maar een klein deel van de ruim achthonderd vierkante meter grote rampplek kunnen doorzoeken.Het Amerikaanse onderzoeksteam bestaat onder anderen uit medewerkers van de Nationale Raad voor Transportveiligheid, technisch adviseurs van de federale luchtvaartautoriteit FAA en vertegenwoordigers van General Electric, de fabrikant van de motoren van het vliegtuig.
De twee zwarte dozen van vliegtuig zijn voor onderzoek naar Parijs gestuurd. Naji Dhou, het hoofd van de Libische commissie die onderzoek doet naar de crash, vertelde verslaggevers zaterdag dat voorlopige resultaten erop wijzen dat het toestel vier graden afweek van de juiste koers richting de landingsbaan. Ook zei hij dat er geen explosie plaatsvond voordat het toestel neerstortte. Eerder hebben de Libische autoriteiten, hoewel het onderzoek nog bezig is, al uitgesloten dat sprake was van een terroristische aanslag.
Van de 104 inzittenden hadden er zeker zeventig de Nederlandse nationaliteit. Een 9–jarige jongen was de enige overlevende.
Een van de slachtoffers van het ongeluk was geen passagier, maar een Libische medewerker van de luchthaven. Dat maakten de Libische autoriteiten zondag bekend. De man overleed aan een hartaanval, terwijl hij op de plek van de ramp meehielp. Abdul–Rahman Al–Amin had suikerziekte en last van een hoge bloeddruk, zo zei zijn neef. Al–Amin werd naar het ziekenhuis gebracht, maar kon niet meer worden geholpen.