„Afhandeling aangifte bedreiging moet beter”
De opname en vooral afhandeling van aangiften na een bedreiging moet beter. Dat is de voornaamste conclusie van een onderzoek naar dit soort aangiften.
De uitkomsten van het onderzoek door bureau Intraval en de Rijksuniversiteit Groningen zijn gistermiddag gepresenteerd.Steeds vaker doen burgers aangifte van bedreiging en dit soort aangiften vormt dan ook een belangrijk deel van het aantal geweldsdelicten. Slachtoffers blijken vaak teleurgesteld over wat politie en justitie uiteindelijk met hun aangifte doen.
„De kloof tussen de verwachting die mensen hebben na het doen van aangifte en de daadwerkelijke acties die de politie hierop onderneemt, is te groot”, aldus een woordvoerder van de politie die de opdracht gaf voor het onderzoek. „Daarnaast bestaat er een te groot verschil tussen hoe de politie de afhandeling van aangiften ervaart en hoe de slachtoffers het ervaren.”
Bij het onderzoek werden steekproefsgewijs aangiften van bedreiging in de politieregio’s Groningen en Rotterdam-Rijnmond uitvoerig geanalyseerd. Als iemand aangifte doet, blijkt vaak dat er al een lange geschiedenis van bedreigingen aan vooraf is gegaan. Ook toont het onderzoek aan dat de meeste bedreigingen plaatsvinden in huiselijke kring.
„Slachtoffers kunnen niet altijd even goed onder woorden brengen hoe de bedreigingen zijn geuit”, aldus de zegsman. „Daardoor is het voor politie en justitie moeilijk om verdachten van bedreiging te vervolgen.”