Ridder Roemsoes en het grote toernooi
Lekkerbek Roemsoes is weer goed op dreef. De ridder doet mee aan een toernooi en barst, rondgegeten als hij is, uit zijn harnas. Veel in ”Ridder Roemsoes en het grote toernooi” herinnert aan het vorig jaar verschenen ”Ridder Roemsoes komt eraan!”. Maar dat is juist het leuke.
De openingszin „In een land hier ver vandaan/ waar alleen kastelen staan” is nu haast al een klassieker. De rijmvorm maakt het verhaal vrolijk en geeft het vaart. Bovendien is het grappig: Roemsoes heeft vooraf een grote mond over concurrent Zwartbol („Ook die Zwartbol houdt geen stand. ’k Leg hem languit in het zand.”), maar als hij hem ziet bindt hij snel in. Het enige minpunt: inhoudelijk is het verhaal voor jonge kinderen soms wat lastig te volgen. Zwartbol wordt bijvoorbeeld „die Zwartbol” genoemd, terwijl verder niet is uitgelegd wie hij is.Ridder Roemsoes en het grote toernooi, Vrouwke Klapwijk en Juliette de Wit (ill.); uitg. Columbus, Heerenveen, 2010; ISBN 978 90 8543 135 0; 25 blz.; € 7,95