Hoe kan het huis van die voorzichtige bouwer schudden. Zie dit eens bij Abraham en Sara. Wat zullen zij de Heere gedurig nodig hebben gehad om niet te twijfelen aan die bijzondere belofte van God en daardoor ook niet aan hun staat. Omdat Abraham zich vasthield aan de bijzondere belofte van God, zien we hem ook onder de wolk van getuigen genoemd in Hebreeën 11.O, wat een zware tegenheden kan een kind van God ook ondervinden in het lichaam, in zijn kinderen. Dit alles had Job ook. Nochtans zondigde hij niet, maar hield hij vast aan zijn oprechtheid. Zie eens hoe zwaar Asaf werd geschud. Zijn voeten waren bijna uitgeweken toen hij zag op der goddelozen vrede. Hij werd zo zwaar geplaagd, hij gunde het hen niet. Totdat hij zelf eerst in het heiligdom inging en op hun einde lette. Toen, ja toen zei hij dat hij een groot beest was bij God. Toen kon hij God rechtvaardigen in al Zijn doen, wat de Heere ook beliefde. Toen was het: „Gij hebt mijn rechterhand gevat, Gij zult mij leiden door Uw raad en daarna zult Gij mij in heerlijkheid opnemen.”

Gods kinderen ondervinden ook en voornamelijk zware tegenheden in de oordelen van God over deze aarde, want enerlei wedervaart de rechtvaardige en de goddeloze. Ja ook, als de Almachtige om de zware en onbetreurde zonden van een volk, Zijn wan eens in Zijn hand neemt om Zijn dorsvloer te zuiveren.

Justus Vermeer, ouderling te Utrecht (Verzameling van enige oefeningen, 1747)