Economie

Snelle crisiswet vertraagd van kracht

Onverwijld moest de Crisis- en herstelwet in werking treden om de economie in zware tijden snel een impuls te geven. Maar –hoe ironisch– de invoering is vertraagd.

Kees de Groot
17 March 2010 10:41Gewijzigd op 14 November 2020 10:07

Premier Balkenende kondigde de crisiswet in juli vorig jaar aan. Het was de bedoeling dat de wet op 1 januari van kracht zou worden. De Eerste Kamer, die de wet dinsdag goedkeurde, gooide echter roet in het eten.„De wet is inmiddels al zo ontzettend vertraagd”, klaagde voorzitter John Kerstens van FNV Bouw onlangs, „dat hij bijna geen crisiswet meer mag heten. Zo veel mensen zijn hierdoor onnodig hun baan kwijt geraakt, terwijl de wet was bedoeld om de gevolgen van de recessie in de kiem te smoren.”

De crisiswet voorziet in investeringen en versnelde procedures om zeventig grote bouw- en infrastructurele projecten snel te laten beginnen. Onder die projecten vallen de aanleg van wegen, de bouw van windmolenparken en woningbouwprojecten. Aan de wet, die per 1 januari 2014 automatisch vervalt, kunnen de komende jaren steeds nieuwe projecten worden toegevoegd.

De wet bevat een groot aantal wijzigingen op bestaande wetten waarmee het kabinet procedures inkort, wetgeving stroomlijnt, het aantal benodigde vergunningen terugdringt en minder bestuurders laat meebeslissen. De overheid zou al grond mogen onteigenen voordat het bestemmingsplan officieel is vastgesteld.

Juist dat laatste voorstel zat de Eerste Kamer –de Tweede Kamer ging in november akkoord met de wet– als een graat in de keel. De meeste fracties uitten daar grote bezwaren tegen. De premier kwam de Senaat al voor het debat van gisteren tegemoet door toe te zeggen dat het „denkbaar is” de versnelde onteigening „in de praktijk niet toe te passen.”

De bouwsector kijkt reikhalzend uit naar de invoering van de Crisis- en herstelwet. Die moet de werkgelegenheid in de bouw op peil houden, economisch herstel aanjagen en toekomstige groei bewerkstelligen door een betere bereikbaarheid.

„De komende twee jaar gaan er 45.000 arbeidsplaatsen verloren”, schetste voorzitter Elco Brinkman van ondernemersorganisatie Bouwend Nederland onlangs de penibele situatie. „De orderportefeuilles zijn leeg. Procedurele versnelling is zeer gewenst.”

Niet alleen bouwbedrijven profiteren van de wet. Ook hun toeleveranciers, ingenieursbedrijven en bijvoorbeeld boomkwekers die zorgen voor groen langs de nieuwe wegen zijn erbij gebaat.

Dat de Senaat ruim de tijd heeft genomen voor de behandeling van de wet, stuitte bij bouwbedrijven op onbegrip. „Versnelling is broodnodig voor de werkgelegenheid”, zei pas een woordvoerder van werkgeversorganisatie VNO-NCW. „Met name voor de bouw is verdere vertraging funest.”

Bij lokale bestuurders bestaat veel kritiek op de wet. Zij vrezen dat de rijksoverheid hen straks gemakkelijk buitenspel kan zetten en snel projecten kan doordrukken. Juristen bevestigen dat de wet de juridische onzekerheid voor overheden en burgers kan vergroten. De inspraakmogelijkheden voor burgers bij grote projecten wordt daarnaast kleiner.

Experts waarschuwden dat de wet wellicht zelfs vertraging kan opleveren, onder meer omdat er mogelijk zaken aan het Europees hof zullen worden voorgelegd. De Raad van State stelde dat de wet te laat komt om de crisis te bestrijden. Balkenende liet zich daardoor niet uit het veld slaan: „Ik hoor overal van bestuurders en bedrijven: deze wet gaat helpen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer