Landbouwvoorstel WTO nog steeds omstreden
De Verenigde Staten en de Europese Unie hebben deze week opnieuw felle kritiek geleverd op het verloop van de onderhandelingen over verdere liberalisering van de landbouwsector.
Beide handelsblokken menen dat de Wereldhandelsorganisatie (WTO) nog te weinig aan hun wensen tegemoetkomt. De voorzitter van de WTO-landbouwcommissie, Stuart Harbinson, heeft de 145 WTO-lidstaten een nieuwe blauwdruk overhandigd die de weg moet vrijmaken voor vrijere handel in landbouwproducten.
De klachten zijn echter dezelfde als half februari, toen Harbinson met de eerste voorstellen naar buiten kwam. De VS vinden het stuk niet ambitieus genoeg en de EU voelt zich te veel aangevallen.
De standpunten van beide grootmachten hebben een spoedig verloop van de Doha-ronde, de brede onderhandelingsbesprekingen over een vrijere wereldhandel, in gevaar gebracht. Voor eind maart zouden de WTO-leden al een heel eind moeten zijn gevorderd met de landbouwonderhandelingen, maar ambtenaren van de ministeries van Economische Zaken en Landbouw in Den Haag verwachten dat deze deadline niet zal worden gehaald.
De WTO voert volgende week weer drie dagen overleg over landbouw. De kans is echter groot dat de verschillen niet worden overbrugd. Harbinson pleit in zijn voorstel voor een sterke vermindering van de invoerrechten op landbouwproducten en voor geleidelijke afschaffing van de exportsubsidies. Dat is tegen het zere been van de EU, die haar landbouwsector jaarlijks met circa 40 miljard euro steunt. Grote landbouwexporteurs als de VS, Australië en Brazilië vinden Harbinsons ideeën te slap.
Harbinson verdedigde zich dinsdag door erop te wijzen dat de WTO-leden te weinig voorstellen hebben ingediend om tot goede compromissen te komen. De druk is daarmee helemaal verschoven naar het overleg van volgende week.
Meer van hetzelfde, onevenwichtig en niet een voorstel dat de lidstaten dichter bij elkaar brengt, zo reageerden woensdagde verantwoordelijke EU-commissarissen Fischler en Lamy. De armste ontwikkelingslanden (MOL’s) worden er niet beter van, in tegenstelling tot grote exporteurs. Het verwijt van de commissarissen is dat de in VN- en WTO-verband toegezegde speciale behandeling van MOL’s, waaraan de EU zich al houdt, in Harbinsons voorstel een optie is en niet een bindende toezegging.
De EU is er verder verbolgen over dat Amerikaanse exportkredieten en subsidiëring van voedselhulp (’nephulp’) ongemoeid blijven. Onder meer Japan, Zuid-Korea, Noorwegen en Zwitserland steunen de Unie in haar verzet.
In de Doha-ronde, die volgens plan begin 2005 moet zijn afgerond, verlopen de besprekingen over de katoenindustrie en de toegang tot essentiële medicijnen voor de armste landen ook al moeizaam. Doordat volgend jaar een nieuwe Europese Commissie zal worden gevormd en er in de Verenigde Staten presidentsverkiezingen worden gehouden, is succes dit jaar des te belangrijker. In september komt de WTO in Mexico bijeen voor ministerieel topoverleg.