De open wond van de kerk
In de Rooms-Katholieke Kerk komen de laatste jaren steeds meer gevallen van seksueel misbruik door geestelijken aan het licht. Eerst in de Verenigde Staten, Ierland, Australië en Duitsland, nu ook in Nederland. Maar hoe diep de wond precies is, weet niemand.
Nieuwe meldingen van seksueel misbruik brengen de Rooms-Katholieke Kerk elke keer weer in verlegenheid. Toen in de Verenigde Staten in 2002 bleek dat de omvang van het misbruik veel groter was dan tot dusver werd aangenomen, gingen de Amerikaanse kerkleiders door de knieën. Ze onthieven honderden priesters uit hun functie, enkele bisschoppen stapten op en de kerk betaalde meer dan 2 miljard dollar schadevergoeding aan de slachtoffers. Het bisdom Portland ging in 2004 failliet door kosten van alle rechtszaken.Het einde is nog niet in zicht. Sinds 1950 zijn er bijna 14.000 schadeclaims ingediend naar aanleiding van seksueel misbruik door Amerikaanse rooms-katholieke geestelijken. En nog ieder jaar melden zich 700 à 800 slachtoffers.
In Ierland is de situatie niet veel anders. Vorig jaar mei verscheen een rapport waaruit bleek dat in Ierland tot in de jaren negentig lichamelijke en geestelijke mishandeling schering en inslag waren in scholen en tehuizen die door rooms-katholieke geestelijken werden geleid. De kinderen werden verkracht, geslagen, tot arbeid gedwongen of op een andere manier misbruikt. Ook pleegouders, vrijwilligers en werkgevers maakten zich schuldig. De Ierse premier Brian Cowen noemde het destijds het ergste rapport uit de geschiedenis van het land.
Twee maanden later verscheen een even vernietigend rapport: in het aartsbisdom Dublin werden tussen 1975 en 2004 ongeveer 450 kinderen het slachtoffer van wanpraktijken, waarbij ten minste 152 priesters betrokken waren. Het bleek het topje van een ijsberg. Inmiddels deden zo’n 15.000 mensen een aanvraag voor een uitkering wegens fysiek, seksueel en emotioneel misbruik. De slachtoffers ontvingen schadevergoedingen van in totaal zo’n 825 miljoen euro.
Vanuit het Vaticaan bleef het lang stil. Toch heeft paus Benedictus de afgelopen jaren meerdere malen zijn excuses aangeboden, onder andere voor het seksueel geweld door rooms-katholieke geestelijken in Australië. „Ik wil mijn diepste verontschuldigingen aanbieden voor de pijn en het lijden dat de slachtoffers hebben moeten doorstaan en ik verzeker hun als hun geestelijk leider dat ik deel in hun lijden”, aldus de paus in 2008. In Australië zouden inmiddels meer dan honderd rooms-katholieke geestelijken zijn veroordeeld wegens pedofilie.
Berichten over misbruik aan het gerenommeerde Canisiusgymnasium van de jezuïeten in Berlijn brachten in Duitsland de bal aan het rollen. Twee paters die als leraar aan de onderwijsinstelling verbonden waren, hadden zich in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw aan tal van leerlingen vergrepen. Daarna kwamen er steeds meer gevallen van seksueel misbruik op andere rooms-katholieke scholen en instellingen aan het licht.
In Nederland leek het misbruik van minderjarigen beperkt te zijn gebleven. Totdat de Wereldomroep en NRC Handelsblad twee weken geleden meldden dat paters in het Don Ruaklooster in ’s-Heerenberg in de jaren zestig en zeventig zeker drie, maar wellicht meer kinderen hadden misbruikt.
Het aantal berichten over seksueel misbruik van minderjarigen binnen de Rooms-Katholieke Kerk in Nederland neemt intussen dagelijks toe. Bij Hulp & Recht, de rooms-katholieke instelling die sinds 1995 hulp biedt aan mensen die in aanraking zijn gekomen met misbruik, zijn de afgelopen weken meer dan 350 gevallen gemeld. In de beginjaren van de instelling schommelde dat aantal tussen de twintig en de dertig; de laatste jaren tussen de tien en de twintig.
De aanhoudende stroom meldingen van seksueel misbruik zou ook in Nederland kunnen leiden tot forse schadeclaims. Weliswaar zijn veel zaken inmiddels juridisch verjaard, maar de kerk zal het leed van de slachtoffers niet zomaar naast zich neer willen leggen. Ze zal de open wonden moeten helen.
Pastoraal psycholoog dr. Anke Bisschops van de Universiteit van Tilburg is niet verbaasd over de recente ophef over misbruik in de Rooms-Katholieke Kerk. „Het was een taboe, maar het gebeurde overal op plaatsen waar volwassenen de macht hadden over kinderen. Op internaten en kostscholen, en niet alleen bij de rooms-katholieken. Scouting is zo’n voorbeeld. Ik ben wel benieuwd hoe groot dit schandaal uiteindelijk in Nederland zal blijken te zijn.”
Bisschops, gepromoveerd op een onderzoek naar de beleving van intimiteit en celibaat onder geestelijken, wijst erop dat Nederland niet zo’n hiërarchisch georganiseerd land is en dat kinderen er eerder mondig zijn dan bijvoorbeeld in Duitsland of Ierland. „Misschien is het schandaal daardoor in ons land ook minder hevig.”
Uit onderzoek blijkt dat priesters, maar ook predikanten, zich niet vaker aan minderjarigen vergrijpen dan bijvoorbeeld onderwijzers, trainers of familieleden. „Er is geen enkele reden om aan te nemen dat seksueel misbruik vooral bij rooms-katholieke geestelijken voorkomt. De oorzaak van misbruik ligt ook niet in het celibaat, de bewuste keuze ongehuwd te blijven. Dat kán een rol spelen, maar het hoeft niet. Celibaat is een levensstijl, waar je goed of verkeerd mee omgaat. Misbruik komt vooral voor bij mensen die worstelen met zichzelf, met seksualiteit en met emotionele intimiteit.”
Toch kan Bisschops wel verklaren waarom juist de Rooms-Katholieke Kerk onder vuur ligt. „Ik hoor ook in mijn werk van mannen die priester zijn geworden omdat ze met zichzelf, en ook seksueel, in de knoop zaten. In de jaren zestig mocht niemand daar iets van weten. Ook na de seksuele revolutie in de jaren zeventig bleef alles bedekt, want de pastoor of de pater had toen nog veel macht. Een kind werd toch niet geloofd. Het is niet vreemd dat de tot nu toe bekend geworden gevallen van seksueel misbruik juist in die tijd speelden.”
Nu durven slachtoffers alsnog hun verhaal te doen. Bisschops verwacht dat de bisschoppen een belangrijke rol zullen gaan spelen. „Ze moeten laten zien dat ze de kwestie serieus nemen. Wat dat betreft hebben de Nederlandse bisschoppen natuurlijk al een lesje geleerd van de Verenigde Staten en Ierland: botweg ontkennen kan echt niet meer.”