Economie

Prijs van staatsschuld kwestie van vertrouwen

Griekenland moet alle moeite doen om financieel het hoofd boven water te houden. Het gaat gebukt onder een groot begrotingstekort en een torenhoge staatsschuld. Maar voor een land met een brandschoon imago heeft een hoge schuld ook zo zijn voordelen. Al zijn er grenzen, maar het is onbekend waar die liggen.

Frank van de Beek
10 February 2010 09:25Gewijzigd op 14 November 2020 09:50
DEN HAAG – Erik Wilders van het Agentschap van het ministerie van Financiën: „Nemen landen als Griekenland geen maatregelen, dan gooien ze hun reputatie verder te grabbel.” Foto RD, Anton Dommerholt
DEN HAAG – Erik Wilders van het Agentschap van het ministerie van Financiën: „Nemen landen als Griekenland geen maatregelen, dan gooien ze hun reputatie verder te grabbel.” Foto RD, Anton Dommerholt

De Griekse overheid zit knap in de piepzak. Investeerders vertrouwen het Zuid-Europese land niet meer na gesjoemel met cijfers over het begrotingstekort. Dat bedroeg maar liefst ruim 12 procent, een verdubbeling van eerdere cijfers. Van die verrassingen is de financiële wereld niet gediend. Bovendien groeit de onzekerheid of Griekenland, dat een forse schuld met zich meetorst, nog wel in staat is om aan alle verplichtingen te voldoen.En dus zijn alle schijnwerpers op het Zuid-Europese land gericht. Morgen wordt er een ingelaste EU-top gehouden waar de penibele Griekse situatie op de agenda zal staan.

Ondertussen houden de Grieken zich bezig met de vraag: Lukt het ons nog om geld aan te trekken? Geen geld betekent acute faillissementsdreiging.

Eind januari lukte het nog om investeerders over de streep te trekken. Bij de uitgifte van de eerste lening van 2010 wist het land de geplande 8 miljard euro op te halen, tegen een rente van 6,1 procent. Zijn beleggers de volgende keer net zo toeschietelijk? En tegen welke prijs?

Bij het Agentschap van het ministerie van Financiën, de schatkistbewaarders van de staat, zitten ze nooit met zweet in de handen als er geld nodig is. Nederland heeft een ijzersterke reputatie, investeerders staan in de rij om staatsobligaties aan te schaffen.

De Nederlandse staatsschuld is in korte tijd flink opgelopen. Tijdens de kredietcrisis moest de overheid een paar keer over de brug komen om banken overeind te houden. En de daaropvolgende recessie zorgde voor een fors begrotingstekort. Bedroeg de schuld ultimo 2007 nog 211 miljard euro, aan het einde van 2009 stond de teller op 285 miljard. Het aflossen van die vele miljarden staat garant voor veel politiek gesteggel in de komende maanden.

Een veelgehoorde vraag is: Hoe hoog kan de staatsschuld zijn? „Dat verschilt per land”, aldus Erik Wilders, hoofd van het Agentschap. „In Japan bedraagt de schuld 200 procent van het bruto binnenlands product, terwijl Afrikaanse landen bijna niets kunnen lenen. Het verschil wordt veroorzaakt door vertrouwen.”

Financiële markten werken disciplinerend, aldus Wilders. „Als de onzekerheid toeneemt, stijgt de rente. Dat zie je gebeuren bij Griekenland, maar ook bij bijvoorbeeld Spanje. Deze landen zullen er alles aan doen om orde op zaken te stellen. Doen ze niets, dan gooien ze hun reputatie verder te grabbel en krijgen ze helemaal geen geld meer. Dan moeten ze aankloppen bij het IMF.”

Bij welk schuldniveau Nederland last krijgt van hogere rentes kan Wilders niet zeggen. Maar hij benadrukt dat de gevarenzone nog lang niet is bereikt. Nederland moet alleen Duitsland voor zich dulden als het gaat om de laagste rente. Uit cijfers van het CBS blijkt dat Duitsland gemiddeld 3,1 procent betaalt voor een 10-jarige lening, Nederland zit 0,3 procent hoger. Het gemiddelde van de eurolanden bedraagt 3,9 procent. Landen als Frankrijk en Finland zitten op hetzelfde niveau als Nederland. „Als wij een Golf zijn, dan is Duitsland een Golf met airco”, vergelijkt Wilders.

Het verschil tussen beide landen zit niet in de solvabiliteit. De airco is in dit geval de betere verhandelbaarheid, de zogeheten liquiditeit, van de Duitse obligaties. „De Duitse bond­future (een afgeleid product van de staatsobligatie, FvdB) is het meest liquide instrument ter wereld.”

Oftewel: de verhandelbaarheid is onovertroffen, beleggers kunnen gemakkelijk in- en uitstappen. „Landen met een grote schuld zijn daarbij in het voordeel, omdat zij schuldtitels hebben in alle looptijden. Ons assortiment beperkt zich tot een looptijd van drie, vijf, tien en incidenteel dertig jaar. Door de oplopende staatsschuld kunnen beleggers nu ook bij ons kiezen uit meer mogelijkheden.”

Nadeel blijft natuurlijk dat al die miljarden eens moeten worden terugbetaald. „Het komt altijd weer goed”, verzekert Wilders. Om eraan toe te voegen: „Voor de duidelijkheid: het liefst zou ik alles aflossen. Ik ben immers ook belasting­betaler.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer