Het kabinet bepaalde eerder dat overal in Nederland de coffeeshops binnen een afstand van 250 meter van een middelbare school dicht moeten. De Amsterdamse burgervader is daar tegen. Deze maand presenteert hij enkele maatregelen om op een andere manier het canabisgebruik onder jongeren tegen te gaan. Dat bevestigde een woordvoerder donderdag naar aanleiding van een bericht in Het Parool.Cohen liet onderzoek doen naar het gebruik van softdrugs onder jongeren in zijn stad. Dat onderzoek leidde tot enkele concrete suggesties om te verhinderen dat minderjarigen softdrugs kopen. Een van de mogelijke maatregelen is meer voorlichting geven. Ook blijkt dat het strikter toepassen van de bestaande regels en verscherping van de sancties daaraan kunnen bijdragen. De burgemeester bespreekt de uitkomsten binnenkort met de politie en het Openbaar Ministerie en komt dan met een definitief voorstel.

Het onderzoek omvatte onder meer gesprekken met deskundigen, jongeren en docenten. De ondervraagde leerlingen blijken veel minder te weten van de schadelijke effecten van canabisgebruik dan van drinken en roken, en blijken die laatse twee ook veel ongezonder te vinden. Als leerlingen naar een coffeeshop gaan, doen ze dat vooral na school of in het weekeinde. Leerlingen die wel eens een joint roken, zeggen hun wiet te krijgen van vrienden die het met ze delen of van anderen die op pad gaan om het te kopen. De leerlingen noemen als drempelverhogende maatregelen onder meer een striktere toepassing van de regels door coffeeshophouders en meer voorlichting. Ze zien niets in de 250–meter maatregel, ze komen naar eigen zeggen toch wel aan hun wiet.

De ondervraagde docenten merken op dat softdrugsgebruik op scholen de laatste jaren minder lijkt te worden. Ook leggen docenten nauwelijks de link tussen de coffeeshop om de hoek en het softdrugsgebruik van jongeren. Ook de leraren noemen meer voorlichting, strikter toepassen van de regels en zwaarder sanctioneren als goede maatregelen.

In Amsterdam liggen 43 coffeeshops in de buurt van scholen.