Buitenlandse werknemers en toeristen in Israël moeten 200 sjekel (38 euro) betalen voor de gasmaskerdozen, waarin ook een spuit zit die moet worden gebruikt bij een besmetting met gaswapens. Ze krijgen de helft van het bedrag terug als ze de doos weer inleveren. Voor kinderen zijn de dozen gratis. Buitenlanders moeten zich naar speciale distributiepunten in warenhuizen en in postkantoren begeven om het materiaal op te halen.

Onderzoekers van het televisieprogramma Kolbotek belden het informatienummer van het Thuisfront Commando en zeiden dat ze Israëliërs waren die gasmaskers hebben die vóór 1984 zijn gemaakt. Hun werd verzocht deze in te leveren. Maar als ze zeiden buitenlander te zijn en zulke gasmaskers in bezit te hebben, kregen ze te horen dat de maskers wel in orde waren. De maskers van vóór 1984 worden zelfs exclusief aan buitenlanders verkocht.

Aan een code op de doosjes is te zien wanneer de gasmaskers en de atropinespuiten zijn gemaakt. Kolonel Eitan Ben-Moshe, die verantwoordelijk is voor de distributie, vertelde dat de autoriteiten de beslissing hebben genomen om de nieuwere dozen aan Israëliërs te geven en de oudere aan buitenlanders „omdat de Israëliërs de dozen een aantal jaren bewaren.” Volgens Ben-Moshe is er ook echt niets mis met de oudere maskers.