Geweld teistert anglicaanse achterstandsparochies
Als gevolg van toenemend geweld tegen anglicaanse geestelijken in Groot-Brittannië waagt geen priester zich nog in sommige parochies in achterstandsgebieden. Die noodkreet liet aartsbisschop David Hope van York, de tweede man in de anglicaanse hiërarchie, dinsdag in het Britse dagblad The Times horen.
Onderzoek wijst uit dat in zeven Britse politieregio’s het aantal meldingen van geweld tegen anglicaanse geestelijken met lichamelijk letsel als gevolg sinds 1999 met eenderde is toegenomen. Het aantal inbraken in kerken is nog sterker gestegen. Een op tien anglicaanse kerken kreeg vorig jaar te maken met diefstal.
Priesters zijn in sommige achterstandswijken vaak nog de enige professionele hulpverleners, zei Hope. „Daardoor zijn ze bijzonder kwetsbaar. We zijn dank verschuldigd aan de geestelijken en hun gezinnen die nog wel bereid zijn om in dit soort gebieden te werken. Godzijdank zijn die mensen er nog, maar het wordt wel steeds moeilijker om ze er te krijgen.”
In het aartsbisdom York heeft secretaris Colin Sheppard, een voormalige politieman, alle priesters voorgelicht over veiligheid. Alle geestelijken hebben een alarm. In de meest getroffen gebieden zijn pastorieën en kerken voorzien van alarminstallaties en betere verlichting. Ook kunnen priesters cursussen zelfverdediging volgen.