Onveiligheid en plundering hinderen hulp Haïti
De internationale gemeenschap heeft Haïti massaal hulpgoederen toegezegd, maar de hulpverlening in het land stuit op grote problemen. Cruciale hulp dreigt daardoor te laat te komen. De Nederlandse marine heeft een schip naar het getroffen land gestuurd.
Het vliegveld in de hoofdstad Port-au-Prince is door de aardbeving flink beschadigd. Verder is er een gebrek aan brandstof om vliegtuigen na aflevering van hulpgoederen weer te laten vertrekken. Ook schort het aan opslagplaatsen en personeel voor de distributie van de goederen.De onveilige situatie in Haïti stelt reddingswerkers en andere hulpverleners voor nog meer problemen. Volgens reddingswerkers worden hulpgoederen geroofd en lopen mensen met vuurwapens rond. Voedselopslagplaatsen van de Verenigde Naties in de hoofdstad zijn leeggeplunderd. Ook zeggen reddingswerkers dat de hulpverlening belemmerd wordt door de slechte samenwerking met de Haïtiaanse autoriteiten. De soldaten van de VN-vredesmissie in Haïti die in de straten van de hoofdstad Port-au-Prince patrouilleren zeggen dat er woede heerst over het uitblijven van hulp.
Honderden Amerikaanse militairen zijn vrijdag in Haïti geland. De komende dagen moet hun aantal in en rond het land tot ongeveer 10.000 toenemen. Zij zullen worden ingeschakeld bij het verdelen van hulp en moeten voorkomen dat er onlusten uitbreken.
Door de straten van Port-au-Prince trokken groepjes jonge mannen gewapend met machetes, op zoek naar bruikbare spullen uit verwoeste huizen, winkels en kantoren. De situatie in de stad was zo gevaarlijk en gespannen dat Russische hulpverleners hun zoekacties naar overlevenden na het vallen van de avond opschortten.
Onder de eerste reddingsteams die in Haïti zijn aangekomen voor het helpen van slachtoffers van de aardbeving, zijn hulpverleners uit Nederland, de Dominicaanse Republiek, Venezuela, de Verenigde Staten, Frankrijk en Bolivia. De regering in Havana heeft de Verenigde Staten toestemming gegeven om het Cubaanse luchtruim te gebruiken voor het evacueren van slachtoffers van de beving uit Haïti.
Een Nederlands marineschip met bijna tachtig militairen aan boord is vrijdag vanaf Curaçao naar Haïti vertrokken. De militairen kunnen op verschillende manieren de hulpverlening ondersteunen of bescherming bieden. Ook nemen ze hulpgoederen mee.
De internationale gemeenschap heeft tot nu toe 268,5 miljoen dollar (186,3 miljoen euro) financiële hulp beloofd aan de slachtoffers van de aardbeving.