Dat meldde het ziekenhuis donderdagmorgen. Ook het medische tijdschrift New England Journal of Medicine publiceert in het jongste nummer over de ingreep.Het is de eerste keer dat een dergelijke ingrijpende operatie bij mensen is uitgevoerd met volledig herstel van het ingewikkelde bloedvatstelsel naar het getransplanteerde orgaan. Eerdere ingrepen boden geen perspectief omdat de doorbloeding niet hersteld werd.

Het team, onder leiding van prof. dr. Pierre Delaere, voerde de ingreep in etappes uit. Eerst plaatsten de artsen de donorluchtpijp in de onderarm van de patiënt. De bloedvoorziening van de luchtpijp werd vervolgens geleidelijk overgenomen door het bloedvatenstelsel van de onderarm. Daarna verving het behandelteam het slijmvlies van de donorluchtpijp gedeeltelijk door wangslijmvlies van de patiënt zelf.

De eerste maanden moesten de patiënten medicijnen slikken tegen afstoting. Na herstel van de bloedtoevoer en de gedeeltelijke vervanging van het slijmvlies was de donorluchtpijp voldoende lichaamseigen geworden. Na acht maanden kon de toediening van medicijnen tegen afstoting van het lichaamsvreemde weefsel worden gestaakt en werd de donorluchtpijp overgebracht naar de hals. De bloedvaten die in de onderarm ontwikkeld waren, werden tijdens de ingreep aan de halsbloedvaten gehecht.

Operaties aan de luchtpijp hebben meestal plaats om vernauwingen te verhelpen ten gevolge van een aangeboren afwijking, een verkeersongeval of langdurige beademing. Als oplossing kan een buisje worden geplaatst in de vernauwde luchtpijp of kan een canule worden aangebracht, waarbij de patiënt ademt en spreekt door een opening in de keel. Dit veroorzaakt echter ernstig ongemak bij ademen en spreken en vermindert de kwaliteit van leven.

Bij vernauwingen die korter zijn dan 5 centimeter wordt soms een gedeelte van de luchtpijp weggenomen. Bij vernauwingen die langer zijn dan 5 centimeter en bij vernauwingen die terugkeren na vroegere operaties is een transplantatie van de luchtpijp vaak de enige oplossing, aldus het behandelteam.

Een transplantatie is echter pas een succes als de bloedtoevoer naar het nieuwe orgaan kan worden hersteld en als afstotingsverschijnselen onderdrukt worden. Bij de luchtpijp is de bloedvoorziening volgens de artsen erg moeilijk te herstellen en de toediening van medicijnen tegen afstoting is een discussiepunt vanwege de vaak zware bijwerkingen. Bij niet-levensreddende ingrepen als een luchtpijptransplantatie zijn de bijwerkingen een ethisch discussiepunt. Er zijn de afgelopen jaren al enkele luchtpijptransplantaties uitgevoerd, maar die boden geen perspectief omdat de doorbloeding niet hersteld kon worden.