„Ontslagregels zuiver toepassen”
De ontslagregels voor de uitzendbranche mogen niet meer door bedrijven als automatiseerder CMG worden gebruikt om werknemers makkelijker op straat te zetten. Werkgeversorganisaties en de vakbeweging hebben in de Stichting van de Arbeid (STAR) afgesproken dat het Ontslagbesluit hiervoor moet worden aangepast.
Dat blijkt uit een advies van de sociale partners aan minister De Geus van Sociale Zaken, dat zij woensdag hebben vastgesteld. De minister hoopt deze week nog te kunnen reageren op het advies. De uitzonderingsregels voor uitzendbureaus moeten volgens werkgevers- en werknemersorganisaties strikt aan deze branche voorbehouden blijven. Verder pleitten zij voor het opnemen van een hardheidsclausule in het Ontslagbesluit.
Die clausule houdt in dat alleen onder bijzondere omstandigheden andere bedrijven dan uitzendbureaus ook mogen afwijken van het zogeheten anciënniteitsbeginsel. Normaliter moeten werkgevers bij een reorganisatie het principe hanteren dat mensen die het laatst zijn aangenomen als eerste in aanmerking komen voor ontslag (last in first out).
CMG bracht de kwestie vorig jaar aan het rollen. Het bedrijf, dat IT-personeel uitleent aan andere bedrijven, ontsloeg ongeveer honderd van zijn werknemers op grond van uitzendregels. CMG wilde daarmee werknemers sparen die op dat moment op een project zaten, ten koste van mensen met meer dienstjaren die thuis op de bank zaten zonder werk. Tot grote schrik van de vakbonden keurde de rechter de handelwijze van de automatiseerder eind vorig jaar goed.
Volgens de STAR zal dit met de nieuwe regels niet zo gemakkelijk meer kunnen. Dan moet het uitlenende bedrijf bij een reorganisatie het inlenende bedrijf eerst een ’ruilaanbod’ doen om de baanzekerheid van de persoon die het langst in dienst is zoveel mogelijk te waarborgen. Als de inlener aangeeft dat de huidige werknemer voor hem onmisbaar is en uit controle van het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) blijkt dat dit klopt, dan mag het uitlenende bedrijf afwijken van het anciënniteitsbeginsel.
De CNV Dienstenbond, die vorig jaar de juridische strijd aanging met CMG over deze kwestie, is teleurgesteld over het STAR-advies. „Het CWI wordt opgezadeld met een onmogelijke taak. Het is bijna niet te controleren of de gedetacheerde werknemer echt onmisbaar is”, stelde CNV-bestuurder M. Limmen. Hij vreest dat de gedetacheerde medewerker en de in- en uitlenende bedrijven onder één hoedje gaan spelen als een werkgever per se een collega met meer dienstjaren wil ontslaan.
Het CWI erkent dat het er geen makkelijke taak heeft bijgekregen, maar spreekt tegen dat er sprake is van een onmogelijke opgave. „Er zijn acht duidelijke waarborgen ingebouwd waaraan wij kunnen toetsen. Anders waren wij ook niet akkoord gegaan”, aldus een woordvoerder van het CWI. De instelling is volgens hem voortdurend betrokken geweest bij het opstellen van het advies van de STAR.