Het wordt dringen aan top van EU
Van Rompuy, Ashton, Barroso en, als roulerend voorzitter in de eerste helft van 2010, Zapatero: het wordt dringen aan de top van de EU. Komend halfjaar zal blijken of het in de praktijk met zo veel mensen wel allemaal zo soepel werkt.
Sinds 1 december is het Verdrag van Lissabon van kracht. De voor de buitenwacht meest zichtbare aanpassing in de organisatie betreft het aantreden van een fulltimevoorzitter van de Europese Raad, de aanduiding voor het gezelschap van de regeringsaanvoerders van de lidstaten. Zij hebben vorige maand de Belg Van Rompuy voor tweeënhalf jaar in de betrokken functie benoemd. Hij mag nu die rol gaan inkleuren.In eerste instantie krijgt hij vooral te maken met de Spaanse premier Zapatero. Die neemt op 1 januari voor zes maanden het EU-voorzitterschap over van zijn Zweedse collega Reinfeldt. In de oude situatie, onder het Verdrag van Nice, zou hij in dat kader de zogeheten toppen hebben geleid, maar onder het gewijzigde regime moet hij deze taak overlaten aan Van Rompuy.
Die heeft voor februari alvast een extra beraad uitgeschreven. Hij wil dan van gedachten wisselen over maatregelen tegen de werkloosheid en over plannen om Europa in het decennium tot 2020 in economisch opzicht vooruit te helpen.
Spanje blijft ondertussen wel de regie voeren over de ministersvergaderingen. Afwijkend is dat drie opeenvolgende EU-voorzitters, in de actuele situatie Spanje, België en Hongarije, nauw samenwerken en gedurende anderhalf jaar een trio vormen. Uiteraard dienen zij hun bezigheden grondig af te stemmen met wat Van Rompuy bekokstooft in de Europese Raad.
Verder voorziet het programma van Spanje in diverse ontmoetingen op het hoogste niveau met derde landen. In Madrid worden op verschillende tijdstippen gasten uit onder andere de VS, Rusland, Canada, Latijns-Amerika en de naties rond de Middellandse Zee ontvangen. Ook hierbij zit Van Rompuy aan het hoofd van de tafel, maar tegelijk is Zapatero er uiteraard opuit groots uit te pakken in zijn hoedanigheid als tijdelijke ‘chef’ van de Unie. Misschien in mei een mooie foto aan de zijde van Obama; altijd goed voor het imago.
De precieze verhoudingen zullen zich geleidelijk aan aftekenen. Het is wennen. Het vereist ongetwijfeld veel overleg tussen Zapatero en Van Rompuy over wie, wat en hoe. Volgens de Spaanse minister van Buitenlandse Zaken, Moratinos, hoeven we in ieder geval niet bang te zijn voor rivaliteit. „Er zal geen sprake zijn van concurrentie, maar van ondersteuning. De beslissingen liggen bij Van Rompuy. Het is zijn show”, verklaarde de bewindsman kortgeleden in Brussel.
Veel hangt af van wat de Belg precies beoogt te zijn: alleen een bruggenbouwer, die compromissen zoekt voor conflicterende standpunten, of iemand met de ambitie een eigen stempel te drukken op de uit te zetten beleidslijnen.
Tot de Brusselse elite behoort verder Ashton. Voortaan vertegenwoordigt zij de EU op het terrein van het buitenlands beleid. Barroso, die de scepter zwaait over de Europese Commissie, is op zijn beurt eveneens betrokken bij alle belangrijke gebeurtenissen.
Toen Kissinger minister van Buitenlandse Zaken van de VS was, vroeg hij zich af wie hij moest bellen als hij iets met de EU had te bespreken. Zijn klacht op dit punt echoot tot op de dag van vandaag na. Wellicht brengt ‘Lissabon’ de oplossing. Ministers van elders uit de wereld nemen contact op met Ashton en regeringsleiders wenden zich tot Van Rompuy.
Voor de burger wordt het er echter niet doorzichtiger op. Europa is een ingewikkelde constructie en daar verandert het nieuwe verdrag niets aan. Een voorzitter van de EU, een voorzitter van de Europese Raad, een voorzitter van de Europese Commissie en ook nog een voorzitter van het Europees Parlement, in de persoon van Buzek. Een voorzitter zus en een voorzitter zo; zie er maar wijs uit te worden.
Wie is nu eigenlijk de baas in de Unie? Een terechte vraag. Van Rompuy draagt de benaming, hoewel niet officieel, van president. Dat suggereert dat hij veel macht bezit. Maar de EU is geen verenigde staten van Europa en Van Rompuy is daardoor geen Obama. Hij blijft bij de besluitvorming afhankelijk van de opvattingen van de 27 lidstaten.