Kerk & religie

Van Hoogevest honderd jaar actief in kerkenbouw

Architectenbureau Van Hoogevest begeleidt de bouw en restauratie van musea, scholen, huizen. Kerkbouw en kerkrestauraties vormen echter de rode draad in de geschiedenis van het bureau, dat honderd jaar bestaat. Ir. Gijsbert van Hoogevest: „Ik houd er erg van als in een kerk nog een gemeente samenkomt.”

24 December 2009 09:45Gewijzigd op 14 November 2020 09:28
De Amersfoortse architect ir. Gijsbert van Hoogevest heeft al veel restauraties van kerken begeleid. Zo ook die van de Joriskerk in Amersfoort (foto). Foto RD, Anton Dommerholt.
De Amersfoortse architect ir. Gijsbert van Hoogevest heeft al veel restauraties van kerken begeleid. Zo ook die van de Joriskerk in Amersfoort (foto). Foto RD, Anton Dommerholt.

Het bakje van de bouwlift bij de Sint-Joriskerk in Amersfoort ratelt naar boven. Steeds meer rode daken van de binnenstad worden zichtbaar. Op 40 meter hoogte stopt de lift. Alleen de hoge puntkap van de kerk steekt nog verder omhoog. Via een kleine deur in het dakvlak stapt architect Van Hoogevest naar binnen in de dakkap van het monument. Daar worden beneden hem eivormige bollingen zichtbaar: de bovenkanten van de dakgewelven van de kerk. „Als je hier een gat doorheen maakt en naar beneden kijkt, zie je de banken in de kerkruimte. Die staan heel ver weg!”

Boven zijn hoofd zijn de balken van de grote dakconstructie te zien. Mannen van aannemersbedrijf Den Hoed uit Bergambacht zijn bezig delen daarvan te vervangen. De bonte knaagkever heeft er huis gehouden en sommige balken waren aan het rotten. Van Hoogevest wijst aan waar restauratie heeft plaatsgevonden. „Ik vind het elke keer weer mooi om in dit soort omgevingen rond te lopen”, zegt hij.

Even later zakt de bouwlift weer naar beneden. Van Hoogevest moet haast maken. Zijn volgende afspraak wacht. Hij vliegt van het een naar het ander, geeft hij toe, maar het deert hem niet.

Nu moet hij snel naar Amsterdam voor een bijeenkomst in het Rijksmuseum waarvan hij de restauratie leidt. „Ja, dat is inderdaad wel een kroon op mijn werk.” Het museum krijgt een heel nieuwe indeling. In 2013 moet alles klaar zijn.

Mooiste beroep

Gijsbert van Hoogevest (1951) is architect in hart en nieren. „Het bouwen zit me in het bloed. Architect is volgens mij het mooiste beroep. Zo veelzijdig. Je staat helemaal in de maatschappij.”

Er is wel veel veranderd in het vak. „Vroeger was je als architect een autoriteit. Nu ben je vooral een regisseur en moet je veel overleg plegen. Vooral de inspraak en de regelgeving geven bouwprojecten een enorm grote moeilijkheidsfactor.” De enorme vertraging rond de vernieuwing van het Rijksmuseum is daar een bewijs van.

Bouwkundig maakt het Van Hoogevest niet zo veel uit wat hij onder handen moet nemen: eeuwenoude kastelen, de Rijksmunt, het archief van de koningin of nieuwbouw van een moderne basisschool.

Zeker hij heeft wat met de gebouwen van Willem Dudok. Sinds de restauratie van het raadhuis in Hilversum heeft Van Hoogevest –in Delft afgestudeerd als restauratiearchitect– al verschillende gebouwen van de hand van de beroemde ontwerper onder handen genomen. Hij kan met recht een Dudok­kenner worden genoemd. Dankzij die kennis is hij nu ook adviseur voor een Dudokproject in Parijs.

Autodidact

Een ander specialisme van hem is de restauratie van oude kerken. Kerken liggen hem na aan het hart, vertelt de bescheiden Amersfoorter, die meelevend lid is van een van de hervormde gemeenten in de keistad. „De restauratie van de Oude en de Nieuwe Kerk in Delft zijn projecten waarbij ik me bijzonder betrokken voel.”

Zijn bureau heeft een lange traditie van kerken bouwen en restaureren. Opa Gijs van Hoogevest (1887-1968) begon daar al snel mee, vertelt Carien de Boer-van Hoogevest, kenner van de historie van het bedrijf. „Grootvader was een autodidact. Hij had de Quellinusschool in Amsterdam, de voorganger van de Rietveldacademie, doorlopen en begon als bouwkundig opzichter. In 1909 maakte hij op 23-jarige leeftijd zijn eerste ontwerp: voor de School met de Bijbel in De Bilt. Er volgden huizen en scholen, maar al snel steeds meer kerken. Dat kwam door zijn vrouw. Zij heette Bieshaar en was een zus van de bekende Bondspredikant ds. W. Bieshaar. Via hem kreeg grootvader veel opdrachten binnen van kerkbesturen.”

Zijn grootste succes boekte hij met het ontwerp van de grote Julianakerk in Den Haag. „Grootvader won het daarbij van architect Van Nieukerken, dat was toen de gevestigde orde. Grootvader kwam met iets heel nieuws. Hij hield van Berlage en wilde afscheid nemen van de 19e eeuw”, zegt De Boer-van Hoogevest, zus van huidige leider van het bureau.

Hun vader, Teus van Hoogevest (1915-2005), legde zich toe op restauraties. Het bureau heeft toen zijn vooraanstaande positie verworven op dat vlak. „Vader restaureerde onder meer de vijf grote kerken van Utrecht, waaronder de Dom. En hij kreeg voet aan de grond in rooms-katholiek Nederland. Zo restaureerde hij de Sint-Servaas in Maastricht”, vertelt Van Hoogevest.

Zijn vader deed ook aan nieuwbouw. Opvallende ontwerpen van zijn hand zijn de Adventkerk in Amersfoort (1962) en de Rehobothkerk van de gereformeerde gemeente in Zeist (1971). Het laatste gebouw bracht veel tongen in beweging. Sommigen spraken van gegroepeerde silo’s, anderen van beschuitbussen. Het gebouw heeft een zeer karakteristiek in- en exterieur. „Een andere architect van ons bureau, Piet Wassink, had daar mede de hand in. Die was een groot aanhanger van het structuralisme en het modulaire ontwerpen, dus een vorm steeds terug laten komen”, vertelt De Boer-van Hoogevest, die een boek samenstelde over de geschiedenis van een eeuw Van Hoogevest Architecten (”Bouwen op historie”; uitg. Sun, Amsterdam, 2009; ISBN 978 908 5066 98 9).

Hoe is het momenteel gesteld met de architectuur van kerken in Nederland?

„We hebben betere tijden gekend, maar er worden zeker mooie dingen gerealiseerd”, zegt Van Hoogevest, die de ontwikkelingen in architectenland goed volgt.

Er is veel veranderd in en rond kerken waar hij als architect rekening mee moet houden, constateert Van Hoogevest. Het gaat niet meer alleen om een preekstoel en kerkbanken, maar ook om herinrichting ten behoeve van een multifunctioneel gebruik van het kerkgebouw. „Daartoe wil men tegenwoordig over het algemeen grote podia, een verplaatsbare avondmaalstafel, beamers, men preekt steeds vaker van een lezenaar en naast het orgel heeft de piano een plek gekregen. Ook moet er veel licht boven het liturgisch centrum zijn. Dat vraagt om technische aanpassingen.”

Veel kerkbesturen denken anno 2009 na over de vraag hoe zij oude kerkgebouwen kunnen aanpassen voor breder gebruik, merkt Van Hoogevest. „Mede als gevolg van de kerkfusie overwegen kerk­besturen gebouwen af te stoten. Maar bijna allemaal willen ze de oude kerken ontzien en niet verkopen. Dat is volkomen terecht. Zeker als je als kerk naar buiten wilt treden, want die oude kerken staan altijd in het centrum en hebben als monument aantrekkingskracht op een breed publiek.”

Om de kerken open te houden, moet er geld in het laatje komen. Veel kerkbesturen denken aan verhuur aan derden. „Dan heb je voorzieningen nodig. Het gaat dan om extra kapstokken, wc’s, keukenfaciliteiten en een invalidenentree.” Onder meer voor de Lebuïnuskerk in Deventer, de Cunerakerk in Rhenen, de Nieuwe Kerk in Delft en de Joriskerk in Amersfoort tekende het Amersfoortse bureau aanpassingsplannen.

Modeshow

Sommige kerken gaan erg ver, vindt Van Hoogevest. „De Nieuwe Kerk in Amsterdam is geen kerk meer. In de Laurenskerk in Rotterdam vinden modeshows en popconcerten plaats. Nee, ik houd er erg van als in een kerk nog een gemeente samenkomt”, zegt de architect.

De burgerlijke gemeente werkt meestal graag mee aan aanpassingen voor breder gebruik, constateert Van Hoogevest. „Gemeenten vinden het belangrijk dat de kerk ook doordeweeks open is. Bovendien zijn kerken representatieve gebouwen, die de gemeente zelf ook mooi voor bijeenkomsten kan gebruiken.”

Is er vanuit Den Haag voldoende aandacht en geld voor de restauratie van oude kerken in Nederland?

„Er komt straks elk jaar circa 50 miljoen euro beschikbaar voor restauratie in Nederland. Dat zet veel zoden aan de dijk. De afgelopen tijd ben ik daarvoor vaak op het ministerie geweest.”

Qua organisatie kunnen Nederlandse restaurateurs nog wel wat leren van de Duitsers, zegt Van Hoogevest, die lange tijd ook lid was van een vereniging van dombouwmeesters in Duitsland. „Bij de dom van Keulen is een staf van zeventig man constant aan het werk om de kerk te restaureren. Die doen niets anders.”

Wat is uw grootste punt van zorg als het om oude kerkgebouwen gaat?

„Het steeds groter wordend gebrek aan vakmanschap. Weinig jonge mensen willen nog in het vak. Het maken van een leien dak is bijvoorbeeld iets wat je moet leren van mensen die het beheersen. Er zijn momenteel in Nederland misschien zestig mensen die dat kunnen. Er dreigt op dat terrein veel kennis te verdwijnen. Onlangs hebben we voor een klus een Duitse specialiste naar Nederland moeten halen.”

In Nederland moeten leerlingen gaan meelopen op bouwplaatsen, vindt Van Hoogevest. „Zo kunnen ze ambachtelijke bouwtechnieken leren. Binnen ons kantoor doen we er ook alles aan om de kennis die we door de jaren hebben opgebouwd op het gebied van restauratie op niveau te houden. Dat is onmisbaar.”


Drie generaties

Een selectie van projecten waar architectenbureau Van Hoogevest de afgelopen honderd jaar bij betrokken was.

Gijs van Hoogevest sr.

  • Uitbreiding Nederlands-hervormde kerk Zetten (1912)
  • Julianakerk in Den Haag (1924)
  • Emmakerk in Amersfoort (1929)
  • Psychiatrisch ziekenhuis Zon en Schild in Amersfoort, waaronder een kapel (1933)
  • Drie kerken in Wieringermeerpolder (1932, 1934, 1937)
  • Restauratie van de hervormde kerk in Barneveld (1929), Groot-Ammers (1933), Scherpenzeel (1939)
Teus van Hoogevest
  • Hervormde kerk in Ederveen (1952)
  • Adventkerk in Amersfoort (1962)
  • Hervormde kerk in Nieuwleusen (1964)
  • Restauratie hervormde Oude Kerk in Harderwijk (1967-1980) en Sint-Jan in Gouda (1967-1980)
  • Restauratie vijf Utrechtse kerken Jacobikerk, Nicolaikerk, Janskerk, Buurkerk en Domkerk (1965-1988)
  • Rehobothkerk gereformeerde gemeente in Zeist (1971)
  • Restauratie Sint-Maartenskerk in Zaltbommel (1977-1985)
  • Restauratie Sint-Servaasbasiliek in Maastricht (1986-1993)
  • Restauraties van hervormde dorpskerken in onder meer Moerkapelle, Woudenberg, Bunschoten, Moordrecht, Benthuizen, Leerdam en de grotere kerk in Oudewater en Vianen
Gijsbert van Hoogevest
  • Restauraties van hervormde kerken in onder meer Hendrik-Ido-Ambacht, IJsselstein, Gouderak en Beusichem
  • Restauratie Oude en Nieuwe Kerk Delft (1986-heden)
  • Restauratie Kasteel Amerongen (1988-heden)
  • Restauratie Dudokraadhuis in Hilversum (1989-1996)
  • Restauratie en uitbreiding Koninklijk Huisarchief (1998)
  • Reformatorische basisschool de Wittenberg in Scherpenzeel (2001)
  • Restauratie Rijksmuseum in Amsterdam (2001-2013)
  • Gereformeerde gemeente in Scherpenzeel (in voorbereiding)
  • Restauratie Julianakerk gereformeerde gemeente Dordrecht (2005)
  • Protestantse kerk De Rank in Nieuwegein (2007-2008)
www.vanhoogevest.nl en www.bouwenophistorie.nl.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer