Koninklijke vernietiging zeldzaam en zwaarwegend
Minister Van der Hoeven (Economische Zaken) is van plan een raadsbesluit van de gemeente Westland te vernietigen dat vrije zondagsopenstelling van winkels mogelijk maakt. Zes vragen en antwoorden over het zogenoemde koninklijke vernietigingsrecht.
Kan een minister dit zomaar doen?
Zeker. De kroon, namens welke een minister optreedt, is grondwettelijk (artikel 132, vierde lid) bevoegd om besluiten van gemeente- of provinciebesturen te vernietigen als deze in strijd zijn met de wet of het algemeen belang. Deze bevoegdheid is uitgewerkt in de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht.Gebeurt het vaak?
Nee. Eind 2006 gebruikten de ministers Cramer (VROM), Van Middelkoop (Defensie) en Ter Horst (Binnenlandse Zaken) dit vernietigingsrecht bijvoorbeeld om een besluit van Provinciale Staten van Limburg te vernietigen waarmee werd verhinderd dat een deel van de bossen bij Schinveld (gemeente Onderbanken) kon worden gekapt ten behoeve van een NAVO-vliegveld in Duitsland. In 2005 draaide toenmalig minister Donner van Justitie op eenzelfde wijze een besluit terug van de gemeente Haarlemmermeer, dat het cellencomplex op Schiphol-Oost per direct wilde sluiten. Vernietiging door de kroon is echter relatief zeldzaam.
Waarom eigenlijk?
Uitgangspunt is dat vernietiging een uiterst en zeer zwaarwegend middel is dat slechts kan worden ingezet wanneer lagere overheden hun constitutionele bevoegdheden overschrijden. Omdat in het kader van de decentrale verhoudingen lokaal genomen besluiten doorgaans worden gerespecteerd, zal een minister een particulier die een besluit over bijvoorbeeld koopzondagen wil voordragen voor vernietiging, hoogstwaarschijnlijk doorverwijzen naar de rechter. Omdat het in Westland een burgemeester is die een besluit van de gemeenteraad heeft voorgedragen voor vernietiging, is er echter sprake van een bijzondere situatie.
Heeft een burgemeester in dit verband een bijzondere positie?
Ja. Een burgemeester wordt in Nederland door de kroon benoemd en heeft de wettelijke taak en plicht te beoordelen of de regelgeving in zijn gemeente strookt met de wet. Hij fungeert in dit verband als een agent van het centraal gezag. Voor een minister, die normaal gesproken niet zo snel op de stoel van de rechter zal gaan zitten, verandert dit de zaak. Wat nu wellicht ook een rol speelt, is dat Van der Hoeven enkele weken geleden een aanscherping van de Winkeltijdenwet op het punt van de, vaak misbruikte, toeristische bepaling door de Tweede Kamer heeft geloodst. Door nu mee te gaan in de redenering van de Westlandse CDA-burgermeester Van der Tak dat de plaatselijke raad deze bepaling heeft misbruikt, laat ze gemeenteraden feitelijk haar tanden zien. Ze toont aan dat het haar ernst is met de wetgeving rond koopzondagen en geeft tevens een signaal af dat misbruik niet wordt getolereerd.
Dragen burgemeesters vaker besluiten van hun eigen gemeenteraad voor vernietiging voor?
Nee, dit is een vrij unieke situatie. Vroeger kwam dit vaker voor, maar tegenwoordig nauwelijks, stelt hoogleraar staats- en bestuursrecht Jos Teunissen desgevraagd. Volgens hem komt dit doordat burgemeesters hun plicht om op te treden als een bewaker van de rechtsorde steeds minder als een kerntaak beschouwen.
Is tegen koninklijke vernietiging beroep mogelijk?
Ja. De afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (RvS) kan een besluit tot vernietiging door de kroon weer vernietigen. In 2008 gebeurde dit omtrent Schinveld. Volgens de RvS bleek namelijk uit niets dat het door de kroon vernietigde besluit in strijd was met „enig algemeen rechtsbeginsel”, waardoor de minister niet bevoegd was om tot vernietiging over te gaan. Aangezien de RvS zijn gerechtelijke uitspraken doet in naam van de koningin (vanwege de eenheid van rechtspraak), ontstaat zo de enigzins bizarre situatie dat in naam van de kroon een besluit tot vernietiging door de kroon wordt vernietigd.