CDA Overijssel hekelt beleid landbouw
CDA-lijsttrekker P. Jansen vindt dat een deel van de landbouw- en milieuwetgeving op de schop moet. Volgens de provinciale CDA-voorman moet heel kritisch worden gekeken naar de huidige regelgeving, omdat die de ontwikkeling van een duurzame landbouw in Overijssel te veel hindert.
Jansen zei dit maandagavond op een CDA-verkiezingsbijeenkomst in Denekamp. De CDA-lijsttrekker vindt dat de stankwetgeving te ver is doorgeschoten en snel gewijzigd moet worden.
Als voorbeeld noemt Jansen een agrarisch bedrijf in de omgeving van Wierden dat hij onlangs bezocht. „Daar wilde de desbetreffende boer twee bedrijven samenvoegen. Dat is beter voor zowel de bedrijfsvoering als het milieu. Eén burgerwoning staat iets te dicht bij de plek waar de boer dat wil, en daarom mag hij daar helemaal niets. Op de andere plek, nota bene bijna midden in de bebouwde kom, zou de boer wel mogen omdat hij daar net niet door de stankcirkel wordt gehinderd. Dat is niet uit te leggen”, aldus Jansen.
De CDA’er wil dat de wetgeving zo gewijzigd wordt, dat agrarische bedrijven geen hinder ondervinden van de al langer bestaande burgerwoningen in het buitengebied. „Mensen moeten zich realiseren dat je in het buitengebied nu soms eenmaal iets anders ruikt dan bij Douglas tussen de parfums.”
Jansen wil een beter evenwicht tussen milieu en landbouw. Volgens hem slaat de wetgeving soms te ver door. „Als bijvoorbeeld een bedrijfsgebouw 5 meter te dicht op een kwetsbaar gebied staat, kan dat tot gevolg hebben dat het hele bedrijf op slot gaat”, aldus Jansen.
Ook over de habitatgebieden is Jansen kritisch. Op dit moment is het Rijk bezig met het selecteren van gebieden voor de habitatrichtlijn uit Brussel. In Overijssel zijn ruim twintig van dergelijke gebieden voorlopig aangewezen. Voor deze gebieden gaat een extra zwaar regime gelden. Over de aanwijzing ervan bestaat veel commotie en onduidelijkheid, omdat niet bekend is wat de schaduwwerking is en hoe groot de bufferzones zijn.
Jansen noemt de procedure waarmee het Rijk de gebieden aanwijst „inconsequent. De procedure om gebieden aan te wijzen is al in volle gang, terwijl nog niet exact bekend is wat de consequenties zijn. Ik zal in Den Haag blijven aandringen op snelle duidelijkheid.”