Beloond na 22 jaar wachten
Tweeëntwintig jaar heeft ze moeten wachten op de restauratie van haar orgel. Een maand geleden is het geduld van Petra Veenswijk beloond. Haar Maarschalkerweerdorgel in de Maria van Jessekerk van Delft klinkt weer zoals het in 1893 klonk.
Nadat ze in 1985 prijswinnaar was van het Nationaal Orgelconcours Leiden, werd ze door Piet van Amstel uitgenodigd om de ”Sonate in modo conjuncto” van Anthon van der Horst te komen spelen op het orgel in de Oude Kerk in Delft. Het beroemde orgelwerk van Van der Horst verkeerde toen nog in manuscript.Dezelfde Van Amstel, toen organist van de Delftse Oude Kerk, deed een goed woordje voor Petra Veenswijk bij pastoor Banning toen ze in 1987 reageerde op een advertentie waarin een organist werd gevraagd voor de Delftse Maria van Jessekerk. Veenswijk studeerde toen nog aan het Rotterdamse conservatorium.
Met enkele andere sollicitanten werd ze uitgenodigd om een aantal kerkdiensten te spelen en het koor te begeleiden. Uiteindelijk werd zij benoemd.
Ooit was ze een keer, op weg naar het conservatorium, de kerk in Delft binnengelopen. „Maar verder was het voor mij een volslagen onbekend instrument. Het genoot ook geen bekendheid en concerten werden er niet gegeven.”
Veenswijk werd organist van een instrument dat in slechte staat verkeerde. „Het speelde wel, maar daar was ook alles mee gezegd. Het instrument werd met kunst en vliegwerk spelende gehouden. Ieder jaar werd het slechter. De pneumatiek functioneerde steeds trager.”
Kwaliteit
Ondanks dat het instrument een slechte conditie had, hoorde Veenswijk door alles heen toch de oorspronkelijke kwaliteit. Bij haar aanstelling in 1987 begon ze dan ook meteen het orgel via orgelconcerten onder de aandacht te brengen. „Dit instrument verdiende het gerestaureerd te worden.”
Aanvankelijk was de Delftse parochie daar nogal sceptisch over. „Het ging natuurlijk om een fors geldbedrag. Kerk én orgel waren in verval geraakt. Daarbij kreeg het orgel niet de eerste prioriteit. Allereerst moest het gebouw gered worden.”
In 1983 waren kerk en interieur, waaronder het orgel, monumentaal verklaard. Dus kon de restauratie van het gebouw beginnen. De kerk werd in fasen aangepakt. Vijftien jaar geleden werd besloten ook het orgel te restaureren.
In 2003 werd het instrument gedemonteerd. Het pijpwerk werd opgeslagen bij de firma Elbertse in Soest. Drie jaar later kon de restauratie beginnen.
Eind vorige maand kreeg Petra Veenswijk het herboren orgel van Michael Maarschalkerweerd uit 1893 terug. Volgens rijksorgeladviseur Rudi van Straten is het instrument het mooiste romantische orgel in Nederland.
Gepneumatiseerd
„Diezelfde rijksdienst moest indertijd wel overtuigd worden van de manier waarop wij het orgel wilden restaureren”, zegt Petra Veenswijk.
Michael Maarschalkerweerd bouwde dit orgel volgens de oorspronkelijke, klassieke, mechanische bouwwijze. In 1931 werd het instrument echter ontdaan van de mechanische tractuur en van de barkermachines. Het orgel werd gepneumatiseerd. „Omdat die pneumatiek inmiddels meer dan vijftig jaar oud was, verdiende die ook de status ”monumentaal” en diende die in die staat te blijven.” De pneumatische ombouw van het orgel uit 1931 was echter van inferieure kwaliteit.
Eindelijk stonden alle neuzen dezelfde kant op. Het instrument moest gerestaureerd en gereconstrueerd worden naar de oorspronkelijke situatie van 1893. „Ondanks het nodige duw- en trekwerk is het gehele plan toch in goede harmonie afgesloten.”
De oorspronkelijke dispositie en de klavier- en pedaaluitbreiding van 1931 bleven ongewijzigd. Een nieuwe mechanische tractuur werd gereconstrueerd en er kwam een barkermachine voor het hoofdmanuaal. Naar het oorspronkelijke concept werd er een geheel nieuwe speeltafel gebouwd.
Orgelmaker Hans Elbertse ontdekte op een van de panelen in het orgel de naam van zijn grootvader, J. J. Elbertse, die tijdens de bouw van het orgel meesterknecht was bij Michael Maarschalkerweerd. Deze meesterknecht richtte in 1917 een eigen orgelmakerij op, die thans wordt geleid door kleinzoon Hans.
Grootste kerkorgel
Petra Veenswijk beschikt nu over een Maarschalkerweerdorgel zoals het in 1893 klonk. Met zijn 38 stemmen, verdeeld over drie klavieren en pedaal, is het instrument het grootste kerkorgel van Michael Maarschalkerweerd. Weliswaar had het orgel van de Onze-Lieve-Vrouwekerk (Peperbus) in Zwolle aanvankelijk evenveel pijpen, maar met de uitbreiding van het Delftse orgel in 1931 staat dat instrument nu bovenaan.
Het orgel van het Concertgebouw in Amsterdam is uiteraard het grootste instrument dat Maarschalkerweerd ooit bouwde. Maar dat is voor een concertzaal, niet voor een kerk.
„Een orgel als dit leidt je in een bepaalde richting”, zegt Veenswijk. „Ik houd erg veel van oude muziek. Dit Maarschalkerweerdorgel is een uitgelezen instrument voor Fransromantische muziek. Niet voor niets ben ik na mijn conservatoriumtijd in Frankrijk gaan studeren, bij onder anderen Daniël Roth en de familie Langlais.”
Signature d’excellence
Hoe het gerestaureerde Maarschalkerweerdorgel in Delft klinkt, laat Petra Veenswijk horen op de door de kerk in eigen beheer uitgebrachte cd ”Signature d’excellence”. De opname is een ode aan de orgelbouwer, het restauratieteam en de Franse componisten van wie Veenswijk muziek tot klinken brengt.
Hoe anders klinkt het instrument dan op de stoffige Jubal-cd uit 1991 (ZV 91142-2). De opname van technicus Aad van der Waal is een uitstekende handtekening: ”signature d’excellence”.
De cd opent met de ”Fantaisie en Mi bémol majeur” van Camille Saint-Säens, waarin de organiste de verschillende kanten van het orgel laat horen. Een subtiel gebruik van de zweltrede is te horen in Francks ”Fantaisie en Ut majeur”. Minder bekend zijn Guilmants ”Communion: ”Ecce Panis Angelorum””, het ”Andante, choeur de Voix humaines” van Lefébure-Wély en een scherzo van Samuel Rousseau.
Hoofdschotel is de ”Deuxième Symphonie” van Louis Vierne, voorafgegaan door diens ”Carillon de Westminster”.
Het is een kleurrijk pallet van indrukwekkende orgelklanken. Er zijn niet zo veel plekken in Nederland waar deze Fransromantische orgelmuziek zo tot klinken kan komen. De hoge situering op het orgelbalkon, de kathedrale akoestiek van de kerk, de sfeer van het gebouw, de voortreffelijke presentatie door Veenswijk: deze Maarschalkerweerd is inderdaad een van de mooiste romantische orgels van Nederland.
N.a.v. ”Signature d’excellence – Petra Veenswijk – Maarschalkerweerd-orgel – Maria van Jessekerk – Delft”; ANGE (1893101); € 17,50.