„Klaar met de oorlog ben je nooit”
LEEUWARDEN (ANP) – De Friese Wiesental en Hunting Jack zijn enkele bijnamen van de 79–jarige oud–nazi–jager Jack Kooistra uit Leeuwarden. Nazi’s opsporen doet Kooistra niet meer, maar het oorlogsarchief blijft een passie. Inmiddels kijkt de oud–nazi jager anders tegen de Tweede Wereldoorlog aan. „Ik ben milder geworden, ik zie niet alles meer zwart–wit", is een bekentenis van Kooistra uit zijn biografie, die aanstaande woensdag uitkomt.
Meerdere journalisten wilden een biografie over hem schrijven. Nooit gaf hij toe, totdat de hoofdredacteur van het Friesch Dagblad, waar hij ondanks zijn hoge leeftijd nog steeds als verslaggever werkt, zei dat de tijd ervoor rijp was. De biografie De hardloper, geschreven door Klaas Jansma, komt aanstaande woensdag uit. „Ik doe elke dag aan hardlopen", zo verklaart Kooistra de titel.Zijn fascinatie voor de Tweede Wereldoorlog begint al op jonge leeftijd als hij als tienjarig jongetje lijsten van oorlogsslachtoffers aanlegt. Inmiddels heeft Kooistra een oorlogsarchief opgebouwd van zo’n 2500 bladzijden met ruim 13.000 namen. In de jaren zestig begon Kooistra met zijn jacht naar oud–nazi’s. Hij wist uiteindelijk ongeveer honderd oud–nazi’s en collaborateurs te traceren, onder wie Nederlandse SS’ers als Adolf de Man, Klaas Epskamp, Gerardus Weimar en Herbertus Bikker. De namen van zijn ’slachtoffers’ werden willekeurig gekozen. „Ik haalde ze gewoon uit de rechtbanklijsten. Ik keek dan wat de persoon in kwestie had gedaan en of de persoon nog juridisch kon worden vervolgd."
Een zaak waar Kooistra trots op is, is de veroordeling van Jacob Luitjens alias de Schrik van Roden. Een landwachter die verschillende onderduikers en verzetsstrijders heeft verraden en twee mensen heeft gedood. „Hij wist na de oorlog te ontsnappen en emigreerde naar Canada. Ik ben tien jaar bezig geweest om deze man naar Nederland te krijgen. Uiteindelijk is hij in Nederland veroordeeld tot een gevangenisstraf en heeft hij 2,5 jaar gezeten."
Vanwege zijn werk is de nazi–jager verschillende malen bedreigd. „Mijn vrouw is tweemaal met de auto van de weg gedrukt. Toch zwicht ik niet voor het geweld. Ik ga door." Inmiddels is Kooistra al een paar jaar gestopt met het jagen op nazi’s. „Ze zijn bijna allemaal gestorven en de zaken zijn verjaard."
Door de jaren heen is Kooistra milder geworden over de oorlogsmisdadigers. „Als je ouder wordt, ga je anders redeneren. Minder zwart–wit. Ik realiseer me nu dat als ik was opgegroeid bij een NSB–gezin ik zelf ook een SS’er had kunnen zijn". Ook het verzet heeft zich volgens de Friese Wiesenthal tijdens de oorlog niet altijd goed gedragen. „Sommige verzetshelden hebben uit eigen belang mensen om het leven gebracht of geld en sieraden gestolen. Maar dat doet niets af aan mijn respect voor goede verzetsstrijders."
Over stoppen met zijn werk en passie wil Kooistra niets weten. „Zolang ik nog niet seniel ben ga ik door. Klaar met de oorlog ben je nu eenmaal nooit."