Wiarda verruilt Den Haag voor Europa
Korpschef J. Wiarda (62) van het politiekorps Haaglanden gaat vanaf 1 juli twee jaar lang politietaken leiden die voortvloeien uit het Nederlandse voorzitterschap van de Europese Unie. Dat begint in de tweede helft van 2004. Omdat beide taken niet te combineren zijn, gaat hij weg bij politie Haaglanden. Het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft dat dinsdagmiddag laten weten.
Het voorzitterschap van de Europese Unie betekent meer werk voor de politie. Daarbij gaat het niet alleen om het nemen van veiligheidsmaatregelen, maar Wiarda behartigt ook de belangen van de politie bij de Europese besluitvorming. In zijn nieuwe functie wordt Wiarda verder voorzitter van de Europese taskforce van politiechefs (ETFPC) en van de European Police Academy (EPA).
Wiarda gaf begin december al aan een Europese baan te ambiëren. Afgelopen zomer werd hij nog voor drie jaar benoemd als korpschef van de Haagse politie. Als Wiarda in juli afscheid neemt, is hij net geen zes jaar korpschef geweest. In september 1997 volgde hij J. Brand op, die toen met pensioen ging.
Wiarda was van 1993 tot 1997 korpschef in Utrecht. Hij ging daar weg op aandringen van toenmalig minister Dijkstal van Binnenlandse Zaken, wegens zijn rol in de IRT-affaire. Daarin beschuldigde hij het Amsterdamse korps van corruptie. Zijn overstap leidde ook tot enige beroering omdat hij wel in Den Haag wilde werken, maar in Bilthoven wilde blijven wonen.
Voor de politie Haaglanden komt het vertrek van Wiarda niet als een verrassing. „Het korps wist dat Wiarda een keuze moest maken”, staat in een schriftelijke reactie. Wiarda wordt in het korps algemeen gezien als een „visionair” die veel heeft gedaan voor de ontwikkeling van het korps. Ook heeft hij een belangrijke bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van ideeën voor de Nederlandse politie, aldus de verklaring.