De ongeveer zestig aanwezigen kwamen uit allerlei gereformeerde en andere kerken. De bedoeling van deze conferentie was verdieping van het geestelijk leven en ontmoeting. De conferentie was georganiseerd door het Missionair Team van de gereformeerde zending in Oekraïne.Een van de sprekers was de Nederlandse prof. dr. J. W. Maris, emeritus hoogleraar van de Theologische Universiteit in Apeldoorn. Hij sprak over Calvijn en het geestelijk leven. Calvijn is volgens Maris nog steeds een goede gids in het wijde veld van de moderne spiritualiteit, ook in Oekraïne. „Wat we van Calvijn en de andere reformatoren kunnen leren is dat het houvast van ons geloof buiten de mens ligt.”

Prof. Maris vergeleek de spiritualiteit van Calvijn met die van de engelse opwekkingsprediker John Wesley. Voor Wesley lag zijn houvast van het geloof meer in zijn eigen beleving. „Dat is een wereld van verschil! Wesley schreef op een gegeven moment in zijn dagboek dat hij niet meer gelooft. Dat was na zijn bewuste bekering tot Christus. Wat was er aan de hand? Hij ‘voelde’ het geloof niet meer en dus was het er niet. De lijn van de Reformatie is dat het geloof zelfs tegen het gevoel in of buiten het gevoel om houvast heeft in het Woord van God”, aldus prof. Maris.

Op de tweede conferentiedag sprak prof. Maris over de geestelijke gaven in de gemeente. Door de charismatische beweging is daar ook in Oekraïne veel aandacht voor. De hoogleraar liet zien, dat de gaven van Gods Geest vooral bedoeld zijn voor de opbouw van de gemeente. Ze wijzen de mens niet naar zichzelf maar naar Christus en de broeders en zusters in de kerk.

Aan het einde van de conferentie riepen de deelnemers elkaar op samen de eenheid in Christus te zoeken.