Hoogleraar: DSB Bank kreeg laatste duwtje
TILBURG (ANP) - De bewindvoerders van DSB Bank moeten allereerst zo goed mogelijk de risico’s rond de schadeclaims voor koopsompolissen in kaart brengen. Dat is van cruciaal belang om DSB Bank geheel of in delen te kunnen doorverkopen.
Dat zegt hoogleraar banken en financiering Harald Benink van de Universiteit van Tilburg.Volgens hem kreeg DSB Bank in de nacht van zondag op maandag ’het laatste duwtje’ doordat was uitgelekt dat is gepoogd deze bank onder te brengen bij andere banken. Benink wijst erop dat De Nederlandsche Bank al zondag tot de conclusie was gekomen dat de bank onder curatele moest worden gesteld, hoewel oprichter Dirk Scheringa van DSB dat toen bestreed.
Voor spaarders is het een teken aan de wand, als aan andere banken gevraagd wordt DSB Bank te hulp te schieten, aldus Benink. Na de publiciteit van maandagmorgen was er ’geen houden meer aan’. De kwestie was toen niet langer in stilte op te lossen.
De claims die ingediend kunnen worden door bijvoorbeeld de stichting Hypotheekleed van Pieter Lakeman zijn volgens Benink nu de grote onzekere factor. Duidelijkheid daarover is van belang om de waarde van de bezittingen van DSB bank inzichtelijk te maken en te komen tot een goede afwikkeling, zoals het verkopen van de portefeuille hypotheekleningen.
Benink betwijfelt of een faillissement de beste oplossing is voor klanten van DSB Bank die door hoge koopsompolissen in de problemen zijn gekomen, zoals Lakeman beweert. Een faillissement kan er volgens Benink toe leiden dat bezittingen te gelde worden gemaakt en dat mensen gedwongen kunnen worden hun huis met verlies te verkopen.
De hoogleraar noemt de gang van zaken bij DSB Bank uniek. „Ook zonder de kredietcrisis zou deze bank in de problemen zijn gekomen door de dreiging van de schadeclaims”.