Politiek

De wet geldt ook op internet

In de Tweede Kamer wordt donderdag een hoorzitting gehouden over het auteursrechtenrapport van de werkgroep-Gerkens. Welke kant gaat het op met de handhaving van auteursrecht op internet? CDA-Kamerlid Van Vroonhoven-Kok: „Er wordt nu veel geroofd op internet. Dat probleem moet maar eens goed aangepakt worden.”

Jan-Kees Karels
9 October 2009 19:44Gewijzigd op 14 November 2020 08:52
Van vroonhoven ...kamerbrede aanpak... Foto ANP
Van vroonhoven ...kamerbrede aanpak... Foto ANP

Een internetrel deze week. Auteursrechtenorganisatie Buma/Stemra gaat per 1 januari geld vragen voor het embedden van filmpjes op internet. Buma/Stemra wil voor zes filmpjes 130 euro per jaar in rekening brengen. De nieuwe tarieven hebben tot grote onrust onder het internetpubliek geleid. Bloggers vrezen dat ze stevige rekeningen krijgen gepresenteerd. Directeur Ot van Daalen van Bits of Freedom, een organisatie die de rechten van internetters behartigt, noemde de maatregel afgelopen week „absurd” en „juridisch twijfelachtig.” De CDA-Kamerleden Omtzigt en Van Vroonhoven-Kok stelden Kamervragen. Na de beroering heeft Buma/Stemra besloten om het tarief voor niet-bedrijfsmatig gebruik van embedded files niet in te voeren, zo bleek gisteren uit een verklaring.Schade
Welke regels van het auteursrecht gelden precies op internet? En hoe handhaaf je die? De voortdurende discussie over deze vragen genereert bijna dagelijks nieuws. Zo liet auteursrechten­organisatie Brein de illegale downloadsite The Pirate Bay de afgelopen week maar liefst drie keer uit de lucht laten halen door Nederlandse internetproviders. De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (DBNL) heeft al het beeld­materiaal van na 1900 verwijderd van haar website – dit na dreiging met claims van de auteursrechtenorganisatie voor visuele makers in Nederland, Pictoright.

Europese overheden proberen greep te krijgen op het anarchistische web, waar Jan en alleman maar vrijelijk lijkt te up- en downloaden, te kopiëren en filmpjes te plaatsen. De schade die deze internetanarchie voor de muziekindustrie oplevert, is moeilijk te ramen, zegt Paul Solleveld, directeur van NVPI, de brancheorganisatie van de entertainmentindustrie. „TNO heeft becijferd dat de schade 100 miljoen euro per jaar bedraagt. Als NVPI zien wij dit decennium bijna een halvering van de totale muziekomzet.”

Solleveld bepleit een betere wetgeving, waarbij het putten uit illegale bronnen wordt tegengegaan en internetproviders gedwongen worden om op te treden tegen dan wel informatie te leveren over illegale gebruikers. „In Zweden heeft men per 1 april de wet dusdanig aangepast dat de muziekmarkt er sterk is aangetrokken.”

In Nederland is sinds begin vorig jaar een parlementaire werkgroep auteursrechten actief. Deze heeft als doelstelling te onderzoeken waar de huidige wetgeving lacunes vertoont. „Het was voor de Tweede Kamer heel duister wat er allemaal op dit gebied gebeurt”, zegt CDA-Kamerlid Van Vroonhoven, een van de leden van de groep. „Daarom hebben we besloten tot een kamerbrede aanpak. In de werkgroep auteursrechten zijn vier partijen vertegenwoordigd.”

Voorzitter is SP-Kamerlid Gerkens. De andere leden zijn Smeets (PvdA) en Teeven (VVD). In juni presenteerde de werkgroep het rapport Auteursrechten (rapport-Gerkens). Donderdag zal de Tweede Kamer een hoorzitting over het rapport houden. Bedoeling is dat het dit najaar in de Kamer wordt besproken.

De werkgroep kreeg in Philips Research te Eindhoven een demonstratie van toekomstige toepassingen in Digital Rights Management (DRM). In Brussel sprak hij over Europese aspecten van het auteursrecht. Ook werd onderzoek gedaan naar de manier waarop andere landen het auteursrecht hebben geregeld. „Je ziet dat de lidstaten van de Europese Unie er heel verschillend mee omgaan”, zegt Van Vroonhoven. Frankrijk bijvoorbeeld is sterk op bescherming gericht. Engeland gaat er weer op een heel andere manier mee om. De EU-landen zitten nog lang niet op één lijn. Het zou goed zijn als de regelgeving wordt geharmoniseerd. Nederland mag echter niet wachten op Europa. Als wij nu een stap maken, is er een redelijke kans dat Europa volgt.”

Roof op internet
Het rapport-Gerkens heeft twee speerpunten. Het eerste speerpunt is het illegaal up- en downloaden op internet. Van Vroonhoven: „Er wordt nu veel geroofd op internet. Dat probleem moet maar eens goed aangepakt worden. Alleen zegt de muziekindustrie vrij gemakkelijk: Overheid, stel het illegaal down­loaden strafbaar, net als het illegaal uploaden. Wij zeggen in het rapport: Laat de muziekindustrie zélf eerst met nieuwe businessmodellen komen. Zij is nu aan zet. Pas dan is het de taak van de overheid om te kijken naar strafbaarstelling. Als de muziekindustrie niet innoveert, moet je niet gek opkijken als de consument z’n eigen wegen zoekt en liedjes downloadt waar hij ze kan vinden.”

Michel Frequin, directeur van de Vereniging van Organisaties die Intellectueel eigendom Collectief Exploiteren (VOI©E), wijst erop dat er al „vele initiatieven” tot legaal internetaanbod zijn. „Alleen het marktaandeel is nog maar zeer beperkt, ook al omdat de intermediairs er niet fors in durven te investeren. Verdienmodellen moeten het vooralsnog van advertentie-inkomsten hebben. En die markt levert nog niet veel op. Het blijft moeilijk concurreren met (illegaal) gratis aanbod.”

Frequin gelooft niet zozeer in strafbaar stellen van illegaal downloaden. „Het gaat erom dat duidelijk is en blijft dat downloaden voor eigen gebruik van een evident illegale bron onrechtmatig is. En dat het dus ook onrechtmatig is om dat downloaden te faciliteren. Op die manier kunnen de tussenpersonen, de internetproviders, effectief worden aangepakt. Op den duur wordt het dan moeilijker om aan illegale bronnen te komen. Dat vergroot de kansen voor legaal aanbod.”

Met gratis aanbod blijft het moeilijk concurreren, zegt ook de Leidse hoog­leraar intellectueel eigendomsrecht Dirk Visser. „Kopiëren uit illegale bron moet gewoon verboden zijn en blijven. Dat is ten eerste een kwestie van fatsoen. Profiteren van evident onrechtmatig aanbod is onfatsoenlijk en parasitair. Ten tweede moet dat omdat het anders nooit wat wordt met nieuwe businessmodellen.”

Moeilijk concurreren
NVPI-directeur Paul Solleveld meent dat het rapport-Gerkens de rollen omdraait. „Volgens het rapport moeten wij als muziek- en entertainmentindustrie eerst licentiemodellen laten zien. Pas dan zou er verscherping van wetgeving mogelijk zijn. Ik denk dat het eerder andersom is. Er zijn op dit moment al dertig muziekdiensten online beschikbaar. Deze zijn geen van alle succesvol, juist omdát het moeilijk concurreren is met gratis illegaal aanbod. Wij hebben de Tweede Kamer een overzicht van deze diensten aangeboden. Het omslagpunt waar men het over heeft, is in feite dus bereikt.”

Steviger kritiek uit de ict-jurist Ar­noud Engelfriet, auteur en beheerder van de veelbezochte website iusmentis.com. Engelfriet, die een hervorming van het auteursrecht bepleit, vindt het rapport niet radicaal genoeg. „De commissie had veel verder moeten gaan en zélf met maatregelen moeten komen om de industrie te dwingen tot daadwerkelijke innovatie.” Engelfriets grootste bezwaar: „Men blijft bij het oude model van auteursrechten. Dit zegt dat de auteur vrije zeggenschap heeft over het werk, en dus zelf mag beslissen wie wat doet met het werk en wat hij daar voor vergoeding voor wil. Hoe je het ook wendt of keert, mensen zijn gewend bestanden te kunnen gebruiken en te bewerken. Of het nu gaat om een plaatje in een werkstuk of scriptie of om een tekst op Hyves, mensen zijn geen passieve consumenten meer. Ze gaan áctief aan de slag met werk, en dat moet de wet nu eindelijk eens erkennen. Dit rapport stimuleert de industrie niet om te innoveren. Veel meer dan een digitaal kanaal voor films of muziek zal er niet komen en die kanalen zullen dichtgetimmerd worden met contracten en wettelijke verboden. Zo komen we nooit tot een wezenlijk nieuw systeem om auteurs, muzikanten en andere creatievelingen aan te sporen om werken te creëren en geld te verdienen. Ik betreur het dat men de punten uit het Europese Groenboek Auteursrechten heeft genegeerd. Daarin werd juist opgeroepen om meer rekening te houden met de positie van de consument/gebruiker van werken.”

Imagoprobleem
De tweede speerpunt van het rapport-Gerkens is de organisatie en het imagoprobleem van de zogeten cbo’s, de collectieve beheersorganisaties zoals Buma/Stemra en Pictoright. Deze organisaties beheren de rechten van de makers (componisten, fotografen, etc.), stellen tarieven voor de gebruikers vast en keren gelden uit aan de rechthebbenden.

De rapportmakers stellen voor om toe te gaan naar één cbo, in plaats van de huidige zeventien. Van Vroonhoven: „De cbo’s zijn er in Nederland feitelijk alleen maar voor de rechthebbenden. Ze zijn vergeten dat je goodwill moet kweken bij de gebruikers. Daar komt bij dat ze ondoorzichtig georganiseerd zijn. Het is onduidelijk hoe de geldstromen lopen. Ik moet wel zeggen dat de koepelorganisatie VOI©E, waarbij de cbo’s zijn aangesloten, hierin verbetering kan brengen. De vorig jaar opgerichte VOI©E werkt transparant en probeert de neuzen van de cbo’s allemaal dezelfde kant op te krijgen. Ook is een gedragscode voor de cbo’s opgesteld. Intussen blijft het feit dat ze nog steeds te verschillend werken. In ons rapport stellen wij daarom voor om één centrale cbo in het leven te roepen. Dan sta je ook veel krachtiger in Europees verband.”

Dat laatste vindt Frequin geen goed idee. „De overzichtelijkheid wordt daardoor verbeterd, maar de monopolievorming wordt ook versterkt”, aldus de VOI©E-directeur. „Ik geloof niet dat de gebruikers dit echt willen. Ook voor het draagvlak onder de rechthebbenden is dit geen goed idee. Rechthebbenden geven niet graag de greep op hun rechten uit handen. En als het dan toch moet, willen zij er zo kort mogelijk op zitten via hun eigen belangenorganisatie. Dat draagvlak is belangrijk voor effectief collectief beheer. De cbo’s moeten hun krachten bundelen waar dat effectief is, en in ieder geval gaan zorgen voor één loket waar men terechtkan voor de diverse regelingen. Daar werkt VOI©E aan: niet één organisatie, maar één loket.”

Solleveld vraagt zich met Frequin af of je wel één centrale cbo moet willen. „Er zijn allerlei soorten rechthebbenden die allen hun eigen auteursrechtorganisaties hebben. Niet in de laatste plaats omdat de wetgever zelf in de Auteurswet dit zo heeft geregeld. Groepen rechthebbenden zullen hun eigen beleid willen bepalen. Eén uitvoeringsorganisatie voor verschillende cbo’s zal wel haalbaar kunnen zijn. Die zou zo veel mogelijk rekeningen kunnen combineren. Maar of men dat in het gebruikersveld wil, vraag ik mij af.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer