Binnenland

Pleidooi voor wettelijke regels

„Kinderpornografie op internet is een afschuwelijk en een hardnekkig verschijnsel. Het rapport drukt ons nog weer eens met de neus op de feiten. Er is onder invloed van maatschappelijke verontwaardiging en politieke aandacht in de afgelopen jaren flink wat energie gestoken in de bestrijding van kinderporno. Daarmee zijn we er echter bepaald nog niet. Bijzonder nuttig is het dat nu de knelpunten in kaart zijn gebracht en suggesties voor verbeteringen worden gedaan.

Door mr. C. G. van der Staaij
14 December 2001 20:10Gewijzigd op 13 November 2020 23:19

Het rapport bepleit een aantal maatregelen, waarin wij ons in het algemeen goed kunnen herkennen. Sterker nog: voor enkele belangrijke zaken, waar de vinger bij wordt gelegd, hebben wij ons in de afgelopen tijd al sterk gemaakt. Wat dat betreft ervaar ik het gedocumenteerde rapport als een krachtige steun in de rug. Concreet denk ik daarbij aan de strafbaarstelling van virtuele kinderporno en de verbetering in de samenwerking tussen internetproviders met politie en justitie.

Bij virtuele kinderporno gaat het om levensechte getekende of door computermanipulaties totstandgekomen afbeeldingen. Ook al is hiervoor niet daadwerkelijk een kind misbruikt, dan nog is er alle reden om dit soort walgelijke afbeeldingen uitdrukkelijk te verbieden. De stichting wijst er terecht op dat zulke plaatjes kunnen aanzetten tot daadwerkelijk misbruik van kinderen. Bovendien is met het oog op de strafvervolging van belang dat in de praktijk vaak moeilijk onderscheid valt te maken tussen ”virtuele” en ”echte” kinderporno.

Ik ben blij dat het politieke draagvlak voor een verbod van virtuele kinderporno zo is gegroeid, dat er inmiddels een wetsvoorstel ligt waarin zo’n strafbaarstelling is opgenomen. De bedoeling is dat dit wetsvoorstel begin volgend jaar behandeld zal worden.

De samenwerking tussen internetproviders en politie en justitie is een tweede belangrijk thema. Internetproviders beschikken over de persoonsgegevens van verdachte gebruikers. Het is voor de opsporing van belang dat de politie hierover kan beschikken. Het rapport onderstreept dat deze gegevens in de praktijk nogal eens moeizaam worden verkregen. Dit sluit aan op eerdere nieuwsberichten, waaruit naar voren komt dat hierdoor de opsporing van verdachten enorm wordt bemoeilijkt. Die berichtgeving was voor onze fractie aanleiding om hierover schriftelijke vragen aan de minister van Justitie te stellen en een pleidooi te voeren voor heldere wettelijke regels hierover. Binnen enkele weken verwachten we hier antwoord op. Hopelijk zal het rapport bijdragen aan de groei van het besef dat ook op dit terrein snel actie geboden is.”

Mr. C. G. van der Staaij is Tweede-Kamerlid voor de SGP

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer