Een nog onbekende dader stak de 32-jarige Arzu Cakmakci-Erba maandagavond neer op de parkeerplaats voor kinderdagverblijf Moeders Schoot in Amsterdam-West. Ze had het gebouw net op slot gedaan. Het slachtoffer overleed in het ziekenhuis.Drie belangrijke getuigen hebben zich dinsdagavond bij de politie gemeld nadat die hen daartoe had opgeroepen in de media. Het zijn twee jongens en een meisje die op het moment van het misdrijf in een nabijgelegen parkje waren. Zij hebben de dader mogelijk gezien.

De politie kan nog steeds niets zeggen over het motief van de moordenaar. Zij houdt nog steeds met alles rekening, van een roofmoord tot eerwraak. Het Parool meldde woensdag dat Cakmakci-Erba de afgelopen tijd werd bedreigd door een vader van een van de kinderen op de crèche. Hij zou zijn kind niet meer mogen zien. De politie wil echter niet kwijt of dit klopt.

De oudercommissie van Moeders Schoot heeft laten weten dat de kinderen vanaf maandag weer in het dagverblijf terechtkunnen. Sinds de moord is het gesloten. De man van C_akmakc_i-Erba vindt dat het zo snel mogelijk weer open moet, omdat zijn overleden echtgenote dat zo zou hebben gewild.

De werknemers die al deel uitmaakten van de leiding van de crèche, zullen het management de komende tijd op zich nemen. In overleg met de weduwnaar wordt vervolgens gekeken hoe het op de langere termijn verder moet.

Woensdagavond is er een bijeenkomst voor ouders en werknemers op het kantoor van het Amsterdamse stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer, waar Moeders Schoot ligt. Zij kunnen daar informatie krijgen over wat er is gebeurd.

Cakmakci-Erba was van Turkse afkomst en wordt binnenkort in Turkije begraven. Er zijn plannen voor een herdenkingsbijeenkomst in Amsterdam, maar het is nog onduidelijk of en wanneer die zal plaatshebben.

De dood van Cakmakci-Erba is ook groot nieuws in Turkije. Verscheidene kranten besteedden er woensdag aandacht aan. Zij noemen haar de ’Engel van goedheid’. De dagbladen schrijven er onder meer over dat ze minderbedeelden in Turkije hielp.