Volgens een verklaring op de website van Goran zou de anticorruptiepartij in de stad Sulaimaniyah en omgeving de meeste stemmen hebben gekregen.De stad geldt als bolwerk van de Patriottische Unie van Koerdistan (PUK), waar de Veranderingspartij uit is voortgekomen. De nieuwe partij is het geesteskind van Noshwan Mustafa, een oud-gediende van de PUK. Gebrek aan hervormingen binnen de PUK zette hem in 2006 aan tot zijn vertrek. Bij een grote overwinning kan de Veranderingspartij de eerste stevige oppositie in jaren gaan vormen.

Voorlopige tellingen elders in de regio zetten de gecombineerde lijst van de Koerdistan Democratische Partij (KDP) en de PUK op winst. Maar ook daar gingen veel stemmen naar de nieuwe partij. Bij de vorige verkiezingen wonnen KDP en PUK nog 104 van de 111 zetels. Het duurt vermoedelijk nog een tot twee dagen voor de definitieve uitslag bekend wordt gemaakt.

De Veranderingspartij, maar ook andere oppositiepartijen in Koerdisch Noord-Irak klaagden dat de stembusgang niet eerlijk zou zijn verlopen, omdat mensen mochten stemmen zonder zich te identificeren. Ook zouden op sommige plaatsen waarnemers geen toegang hebben gekregen tot de stemlokalen.

De kiescommissie liet weten alle klachten te zullen onderzoeken, maar stelde tevens dat de verkiezingen grotendeels eerlijk zijn verlopen. Wel bleven de stembureaus op enkele plaatsen een of twee uur langer open na bezwaren van kiezers. De stemgerechtigden konden hun namen niet vinden op de lijsten.

De opkomst was hoog bij de verkiezingen voor een nieuwe president en een nieuw regionaal parlement. De autoriteiten lieten weten dat 78,5 procent van de ruim 2,5 miljoen stemgerechtigden naar de stemlokalen is gegaan. Waarnemers verwachten dat Masoud Barzani van de KDP wordt herkozen als president van de regio.

Het Koerdische deel van Irak is sinds 1991 grotendeels zelfstandig, toen het onder bescherming kwam te staan van de Amerikanen na hun eerste aanval op Irak (in de Golfoorlog van 1990-91).

Op dit moment bestaan er spanningen tussen het noorden en de centrale regering in Bagdad over Koerdische aanspraken op gebied buiten hun regio. Het gaat onder meer om de olierijke provincie Kirkuk, waaruit de Koerden zijn verdreven onder het voormalige regime van Saddam Hussein.