Meer sprinkhaansoorten door warmer klimaat
LEIDEN (ANP) – Door het warmere klimaat zijn de afgelopen tien jaar ongeveer vijf nieuwe soorten krekels en sprinkhanen naar Nederland gekomen. Dat stelt bioloog Roy Kleukers van het Leidse museum Naturalis. In totaal worden bomen, struiken en grassen in Nederland nu door 47 verschillende soorten van deze insecten bevolkt.
„Als je langs de Waal bij Nijmegen loopt, kun je tegenwoordig de boomkrekel tegenkomen. Een paar jaar geleden hoorde je die alleen nog maar in Frankrijk", zei Kleukers.Andere nieuwkomers zijn het zuidelijk spitskopje, de sikkelsprinkhaan, de lichtgroene sabelsprinkhaan en de zuidelijke boomsprinkhaan. Krekels en sprinkhanen horen tot dezelfde groep insecten. Zij leven in de maanden juli, augustus en september. „De insecten zijn warmteliefhebbers. Nu het in Nederland warmer wordt, zul je ze hier dan ook vaker tegenkomen".
Voor een sprinkhaanplaag hoeft niemand bang te zijn, verzekert de sprinkhaandeskundige. „In de middeleeuwen kwamen die nog wel voor in Europa. Toen konden de beesten zich in moerassen grootschalig voortplanten. Die gebieden zijn nu allemaal gecultiveerd, dus dat is nu niet meer aan de orde".
Sprinkhanen zijn spectaculaire dieren, vindt Kleukers. Helaas zijn de insecten echter weinig te zien. Ze vallen eerder op door hun luide gesjilp.
De meest gehoorde sjilper is de grote groene sabelsprinkhaan; een klassieker onder de sprinkhanen. Het beestje woont al honderden jaren in ons land. De insect maakt zo’n oorverdovend geluid, dat je hem zelfs vanuit een rijdende trein kunt horen. „Dit zijn de mannetjes. Zij maken het geluid om een vrouwtje te lokken", legt Kleukers uit.
Net als bij de vogels heeft elke sprinkhaan zijn eigen ’sound’. En ’soort hoort soort’: de vrouwtjes reageren alleen op het geluid van hun mannelijke soortgenoten.