Bos: Stabiliteitspact in gevaar
Minister Bos van Financiën ziet grote gevaren voor het stabiliteitspact, de EU-afspraak over overheidstekorten om de koers van de euro te waarborgen.
Bos noemt het een zorgelijke ontwikkeling dat Frankrijk en Duitsland een totaal verschillende aanpak van hun begrotingstekorten hebben gekozen. „Duitsland heeft net een zeer rigide regel vastgelegd dat het land verplicht om het tekort zeer snel te beperken, desnoods zelfs met uitgavenstops zoals in Californië. Daarentegen zegt Frankrijk dat zoiets niet werkt en dat sommige schulden juist erg goed zijn.”Bos vindt de verschillende aanpak „verwarrend en potentieel economisch destabiliserend”, zei hij dinsdag na EU-beraad in Brussel.
Toen hij zijn zorg aankaartte tijdens het beraad, bleven zijn collega’s volgens Bos angstig stil. „Dat is zo mogelijk nog zorgwekkender: dat we elkaar niet meer durven aanspreken op elkaars overheidsfinanciën”, zei Bos.
Het Europese stabiliteitspact schrijft onder meer voor dat Nederland en andere EU-landen hun begrotingstekort moeten beperken tot 3 procent van het bruto nationaal product. Door de recessie zijn Nederland en bijna alle EU-landen die grens gepasseerd. De een na de ander krijgt van de EU de dringende aanbeveling om het tekort binnen enkele jaren te beperken.
Bos heeft ook daar zorgen over: „Mijn vrees is dat iedere minister braaf ja zegt tegen die deadline om het vervolgens niet uit te voeren.”
Hij zei de kritiek bij het EU-beraad naar voren te hebben gebracht, „omdat Nederland de traditie heeft als bewaker van het pact. Wij hebben als klein land belang bij het pact.”
Enkele jaren geleden had Bos’ voorganger Zalm een keiharde aanvaring met zijn Duitse collega over naleving van het stabiliteitspact. Duitsland wilde toen de regels voor zichzelf wat soepeler toepassen. Uiteindelijk moest Zalm instemmen met flexibeler regels.
De EU opende dinsdag wel procedures tegen vijf EU-landen wegens buitensporige begrotingstekorten. Letland, Litouwen, Malta, Polen en Roemenië moeten voor 7 januari maatregelen nemen, zo besloten de ministers van Financiën. De landen hebben een begrotingstekort dat is opgelopen boven de EU-limiet van 3 procent van het bruto nationaal product. Roemenië kampt zelfs met een tekort van ruim 5 procent.
Wegens de recessie krijgen de landen enig respijt voordat de tekorten moeten zijn teruggebracht. Voor Malta is dat 2010, Litouwen en Roemenië hebben de tijd tot 2011, Polen en Letland tot 2012. Door de recessie kampen meer landen met buitensporige tekorten, waaronder ook Nederland. De EU verwacht dat eind dit jaar tekortprocedures zijn geopend tegen 21 van de 27 landen.
Tijdens het ministerberaad bleek dat de meeste EU-landen weinig zin hebben in een gezamenlijke afvaardiging bij het Internationaal Monetair Fonds (IMF). De grote landen zijn niet enthousiast om hun huidige positie op te geven.
Nederland „is best bereid om te praten over een enkele Europese afvaardiging”, zei Bos na het beraad. „Maar die ene vertegenwoordiging moet dan wel de totaaldeal zijn. Alle tussenstapjes, zoals minder zetels voor Europese landen, betekenen dat de kleine landen hun positie moeten opgeven. Daar zijn we tegen.” Onder meer de Verenigde Staten vinden dat de EU-landen nu te veel macht hebben binnen het IMF.