Ten onrechte, meent Van D.’s advocaat Hans Klopstra. De raadsman heeft in cassatie betoogd dat er geen sprake kan zijn geweest van moord, omdat voorbedachte raad – het juridische vereiste voor de kwalificatie moord – in het geval van Van D. onmogelijk zou zijn. Van D. mist hiervoor het denkvermogen. Dat zou nog eens extra zijn aangetast door de stress waarmee Van D. kampte als gevolg van een hevige ruzie met zijn vrouw.Het hof stelde vorig jaar dat de verdachte ruimschoots de tijd heeft gehad zich te beraden en dat zijn besluit om het meisje te overrijden niet het gevolg is geweest van een opwelling. De Hoge Raad bepaalde dinsdag dat het hof terecht heeft geoordeeld dat de verdachte heeft gehandeld met voorbedachte rade.

Suzanne Wisman fietste op 12 december 2006 naar haar huis in Tweede Exloërmond. Onderweg kwam zij Van D. tegen, die rondreed in zijn camper. Hij bood het meisje een lift aan. Van D. verkrachtte het meisje meermalen en mishandelde haar. Tenslotte vermoordde hij Suzanne door tweemaal met zijn camper over haar heen te rijden.

Advocaat–generaal A. Machielse heeft de Hoge Raad in mei geadviseerd het cassatieberoep van Van D. en zijn advocaat te verwerpen.

Advocaat Klopstra had eveneens opgevoerd dat het Leeuwarder hof de tbs–maatregel oneigenlijk als strafverlenging heeft opgelegd. Het hof bepaalde dat Van D. pas na het uitzitten van twee derde van zijn gevangenisstraf aan zijn tbs–behandeling mag beginnen. Volgens Klopstra leidt die bepaling ertoe dat Van D. nooit meer vrij zal komen. Van D. was 47 toen het hof hem de straf en maatregel oplegde.