Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is maandag gebleken dat het aantal bankkantoren in 2001 met 6 procent is afgenomen tot 5700. Tussen 1997 en 2002 hebben de banken 1400 filialen gesloten.

Vergeleken met andere landen in Europa dunt het bestand bankfilialen snel uit. De afgelopen jaren werden alleen in Zweden meer kantoren opgedoekt. Sommige landen, waaronder Griekenland en Portugal, kenden een omgekeerde beweging: daar verschenen nog altijd nieuwe kantoren.

Om de kaalslag in het aantal bankfilialen te ondervangen, worden in Nederland steeds meer geldautomaten geïnstalleerd. Nederlanders konden eind 2001 op 7100 plekken geld opnemen, de mogelijkheid om in winkels een extra bedrag te pinnen niet meegerekend. Dit is een stijging van 3 procent ten opzichte van 2000.

Hoewel banken in Nederland snel zijn met het sluiten van kantoren, lopen ze niet voorop met de installatie van nieuwe geldautomaten. In de periode 1997-2000 groeide het aantal pinautomaten hier het traagst van heel Europa, met 8 procent. Griekenland kreeg er in diezelfde periode ruim de helft meer geldautomaten bij.