Vorig jaar was dat, inclusief herstructureringskosten, nog een nettoverlies van 479 miljoen euro.

Het aantal verkochte chipmachines steeg van 197 naar 205. Naarmate het jaar vorderde, steeg de verkoopprijs van een machine. In het tweede halfjaar steeg de gemiddelde prijs ten opzichte van het eerste halfjaar naar 9,14 miljoen euro. In 2001 lag de gemiddelde verkoopprijs nog op 6,8 miljoen euro.

De orderportefeuille was eind 2002 met 103 machines voor ruim 1 miljard euro gevuld. Wegens het onzekere investeringsklimaat durft het bedrijf geen vooruitzichten voor dit jaar te geven. „Nooit eerder heeft deze industrie te kampen gehad met een zo langdurige en diepgaande malaise”, verklaarde directievoorzitter D. Dunn van ASML donderdagmorgen.

De reorganisatiekosten bedroegen eind december 136 miljoen euro. Onlangs kondigde AMSL aan wereldwijd 1450 banen te schrappen. Hiervan verdwijnen er 350 in Nederland. In de Verenigde Staten heeft ASML per 1 januari het bedrijfsonderdeel Track gesloten en Thermal in de verkoop gedaan.

Daarmee zet ASML alle kaarten op de verkoop van lithografiesystemen. Bij de aanschaf van nieuwe apparatuur kunnen chipfabrikanten kiezen uit de zogeheten 200- en 300-millimeter-lithografiesystemen. De chipfabrikanten investeren veelal in 200-millimeterapparatuur. Alleen de heel grote fabrikanten kiezen voor de nieuwere, en duurdere, 300-millimeterversies. Dit zijn grotere machines die meer chips kunnen produceren.

De jaarcijfers hebben analisten niet verrast. „De cijfers zijn zelfs wat beter dan verwacht”, stelt D. Mussers van Friesland Bank Securities. Dat AMSL eind vorig jaar 103 chipmachines in bestelling had, is positief, maar zegt tegelijkertijd niet al te veel. „In deze moeilijke markt moet je niet verbaasd opkijken als fabrikanten hun investeringen uitstellen”, waarschuwt Mussers.

Op de beurs in Amsterdam viel het aandeel donderdagmorgen aanvankelijk bijna 3 procent naar beneden. Na een kwartier was dat verlies weggepoetst tot het slot van woensdag op 8,40 euro.