Als het erop aankomt welk land het best economische crises het hoofd kan bieden, komt Denemarken als winnaar te voorschijn uit het onderzoek. Professor Stéphane Garelli van IMD treft de benodigde veerkracht daar niet alleen aan bij het bedrijfsleven, maar ook bij de regering. Daarbij komt dat het gaat om een stabiele samenleving.Kleine landen uit Noord–Europa en Zuid–Oost Azië scoren goed in de stress–parade. Nederland staat elfde. „Kleine economieën zijn vaak beter in staat om in te spelen op moeilijke situaties", aldus Garelli.

De Verenigde Staten, die dit jaar op nummer 1 staan als het gaat om concurrentievermogen, komen in de stresstest niet verder dan plaats 28. De VS moeten China (18), Brazilië (22), Duitsland (24) en Japan (26) voor zich dulden in de beoordeling op stressbestendigheid. Landen met starre economieën staan op zorgwekkende plaatsen buiten de top 40. Die kritiek geldt voor Frankrijk (44), Italië (47) en Spanje (50).

Kleine landen die zich richten op export, kunnen het snelst profiteren van een economische opleving, mits ze voldoende verkracht hebben en zowel politiek als sociaal stabiel zijn, denkt professor Garelli. Het belangrijkste verschil tussen de concurrentievermogenlijst en de stresstest is volgens hem dat de eerste ranglijst meer rekening houdt met prestaties in voorbije jaren. Bij de stresstest gaat het meer om voorspellingen.