Gebeurt dat niet, dan zal het ministerie van Justitie aangifte doen bij het Openbaar Ministerie. Volgens Hirsch Ballin is de online veiling ondoorzichtig en lijkt die veel op een kansspel. De beheerder van Goudkoortsveiling heeft geen vergunning om een kansspel in de markt te zetten. Bovendien zijn kansspelen op internet nog verboden in Nederland.Consumenten kunnen via Goudkoortsveiling.nl bieden op verschillende producten, maar mogen geen concreet bedrag opgeven. Per bod gaat de prijs van een product, bijvoorbeeld een spelcomputer, laptop of tv, met 1 eurocent omhoog. Het is onduidelijk hoeveel mensen deelnemen aan een veiling en wanneer die eindigt. De uiteindelijke prijs ligt vaak ver beneden de gebruikelijke winkelprijs van een product. Volgens Hirsch Ballin leidt dit alles tot de slotsom dat deelnemers meedingen naar een prijs, zo heeft hij geantwoord op vragen uit de Tweede Kamer.

De directeur van 0900Money laat weten stomverbaasd te zijn over het standpunt van de minister en zegt dat hij advies heeft gevraagd aan het ministerie van Justitie voordat hij Goudkoortsveiling.nl lanceerde. Op dat moment is er volgens hem geen bezwaar gemaakt tegen de site. „Het is een veiling met specifieke spelregels. Maar het is en blijft een veiling, geen kansspel", aldus Van Leest.

Hij geeft dan ook geen gehoor aan de oproep Goudkoortsveiling.nl stop te zetten. Van Leest vertrouwt op juridisch advies dat hij heeft ingewonnen en zal de veiling pas stilleggen als de rechter heeft geoordeeld dat de methode tegen de regels is. Een woordvoerder van Hirsch Ballin wees erop dat het ministerie nooit vooraf toestemming geeft voor dit soort activiteiten. Het uiteindelijke product, waarvoor de ondernemer verantwoordelijk is, wordt beoordeeld, aldus de zegsman.

Minister Hirsch Ballin betwijfelt overigens ook of de website zich aan de reclameregels houdt. Uit advertenties voor Goudkoortsveiling.nl wordt niet duidelijk dat voor elk bod 90 cent tot 1,50 euro betaald moet worden. Hirsch Ballin schrijft dat de Consumentenautoriteit of de rechter uiteindelijk moet beoordelen of de promotiecampagne misleidend is.