Israëlbezoek paus kans om wantrouwen weg te nemen
Paus Benedictus XVI krijgt tijdens zijn bezoek aan Israël de kans om het groeiende wantrouwen tussen Rome en Jeruzalem weg te nemen. Als hij die kans verspeelt, zal hij, door zijn onhandige optreden in een aantal precaire kwesties in het nabije verleden, mogelijk in de geschiedenisboeken worden weggeschreven als een paus die er voor het Jodendom niet toe deed.
De paus vertrekt vrijdag voor een rondreis van een week door Jordanië, Israël en de Palestijnse gebieden. Er zijn ontmoetingen gepland met koning Abdullah van Jordanië, met president Peres van Israël en president Abbas van de Palestijnse Autoriteit. Vooral maandag en dinsdag zal de paus alle ogen van de wereld op zich gericht weten. Maandag bezoekt hij Yad Vashem, het Holocaustherinneringscentrum, en dinsdag de islamitische Rotskoepel op de Tempelberg, evenals de Klaagmuur en de twee opperrabbijnen van Israël.In 2000 bekroonde de vorige paus, Johannes Paulus II, zijn inspanningen om de verhoudingen tussen de kerk en het Jodendom te verbeteren met een bezoek aan Israël. Zorgvuldig sprak hij in toespraken over de verhoudingen tussen Jodendom en christendom. Zo legde hij in een preek die hij hield in Galilea een verband tussen de Bergrede van de Heere Jezus en de Tien Geboden die door God werden gegeven aan Mozes. Door veel Joden werd dit gezien als een erkenning door het Vaticaan dat er continuïteit is tussen Jodendom en christendom.
De verhouding tussen de Rooms-Katholieke Kerk en het Jodendom is altijd moeilijk geweest. Het Vaticaan erkende pas in 1993 de staat Israël. Heel lang zag het Vaticaan zichzelf als hoedster van het Heilige Land. En in dat plaatje paste geen soevereine Joodse staat.
Belangrijker was de visie die de Rooms-Katholieke kerk had op de verhouding kerk en Israël. Tot het tweede Vaticaans concilie (1962-1965) hing de Rooms-Katholieke Kerk de mening aan dat Rome de plaats had ingenomen van Jeruzalem. Met de verwerping van de Heere Jezus hadden de Joden zichzelf, in deze visie, buiten het verbond met God geplaatst.
De Joden op hun beurt beschuldigden, vooral na de Holocaust, de Rooms-Katholieke Kerk van het feit dat ze niets gedaan zou hebben om de Shoah te voorkomen. De oorlogspaus, Pius XXII (1939-1958), zou gezwegen hebben waar hij had moeten spreken en handelen.
Paus Johannes XXIII (1958-1963) was de eerste leider van de Rooms-Katholieke Kerk die stappen zette tot toenadering met het Jodendom. Zo zette hij zich persoonlijk in om de verhouding tussen de Rooms-Katholieke Kerk en het Jodendom op de agenda van het tweede Vaticaans concilie te krijgen. De contouren voor een nieuwe benadering van de kerk ten aanzien van de Joden ontwikkelde Johannes XXIII in een aantal persoonlijke ontmoetingen met Joodse geleerden.
Historisch zijn de woorden waarmee hij in oktober 1960 een delegatie van Joodse Amerikanen begroette. Zelf gedoopt als Guiseppe (Jozef) zei hij, met een verwijzing naar Genesis 45:4, tegen de delegatie: „Ik ben Jozef, jullie broer.” Het was de impliciete erkenning dat het Vaticaan Joden niet meer wilde zien als godsmoordenaars, maar als broeders.
Zijn opvolger paus Paulus VI (1963-1978) zette het beleid van Johannes XXIII voort. Met name bij het opstellen van de ”Verklaring over de Joden” door het tweede Vaticaans concilie speelde hij een beslissende rol.
In 1978 werd Johannes Paulus II (1978-2005) gekozen tot paus. Het was deze kerkleider die een aantal stappen zette in de verhouding tussen Rome en Jeruzalem. Zo bezocht hij in 1979 het vernietigingskamp Auschwitz en ging hij in 1986, als eerste paus, op bezoek in de synagoge van Rome.
In 1993 erkende het Vaticaan de staat Israël en in 2000 bezocht Johannes Paulus II het Heilige Land. Daar vroeg hij om vergeving voor het leed dat individuele christenen in de loop van de geschiedenis de Joden hebben aangedaan. Een officiële schuldbelijdenis voor de fouten van de Rooms-Katholieke Kerk als instituut bleef echter tot op de dag van vandaag uit.
Paus Benedictus XVI lijkt het beleid van zijn voorganger voort te willen zetten als het gaat om de verhouding met het Jodendom. Ook hij bezocht Auschwitz en ook hij zal nu Israël bezoeken. De geplande zaligverklaring van oorlogspaus Pius XXII en de rehabilitatie van de openlijk antisemitische bisschop Williamson hebben zijn krediet binnen het Jodendom echter snel doen slinken. Het bezoek van de kerkleider kan daarin een keerpunt zijn.
Een overzicht van de belangrijkste programmapunten
VRIJDAG 8 MEI – Aankomst in de Jordaanse hoofdstad Amman. Ontmoeting met het koningspaar van Jordanië, koning Abdullah II en koningin Rania.
ZATERDAG 9 MEI – Bezoek aan de herdenkingskerk voor Mozes op de berg Nebo. Bezoek aan het Hasjemitisch Museum en de Hussein bin Talalmoskee in Amman.
ZONDAG 10 MEI – Eucharistieviering in het stadion van Amman. Bezoek aan de rivier de Jordaan op de plaats waar Johannes de Doper Jezus zou hebben gedoopt.
MAANDAG 11 MEI – Vertrek naar Israël. Ontmoeting met president Shimon Peres in het presidentieel paleis in Jeruzalem. Bezoek aan Yad Vashem, het monument voor Joodse slachtoffers in de Tweede Wereldoorlog.
DINSDAG 12 MEI – Bezoek aan de islamitische Rotskoepel en aan de Klaagmuur in Oost-Jeruzalem. Ontmoeting met de twee Israëlische opperrabbijnen in de Heichal Shlomosynagoge. Bezoek aan het Coenaculum, de plaats waar het laatste avondmaal zou
hebben plaatsgevonden, en de Kerk van Alle Volken, vlak bij de tuin Gethsémané. Eucharistieviering in de Kidronvallei.
WOENSDAG 13 MEI – Eucharistieviering op het Kribbeplein bij de Geboortekerk in Bethlehem, op de Westelijke Jordaanoever. Privébezoek aan de Geboortegrot, waar Jezus geboren zou zijn. Bezoek aan het Palestijnse vluchtelingenkamp Aida, tussen Bethlehem en Beit Jala. Ontmoeting met president Mahmud Abbas van de Palestijnse Autoriteit.
DONDERDAG 14 MEI – Eucharistieviering in Nazareth, de plaats waar Jezus opgroeide. Ontmoeting met de Israëlische premier Benjamin Netanyahu in het klooster van de franciscanen. Bezoek aan de Grot van de Aankondiging (annunciatie), mogelijk de plaats waar de engel Gabriël Maria liet weten dat de Messias uit haar geboren zou worden.
VRIJDAG 15 MEI – Samenkomst met vertegenwoordigers van andere christelijke kerken in de troonhal van het Grieks-orthodoxe patriarchaat van Jeruzalem. Bezoek aan de Heilige Grafkerk in Oost-Jeruzalem. Officiële afscheidsceremonie op de luchthaven Ben Gurion in Tel Aviv, met toespraken van president Shimon Peres en paus Benedictus XVI. Vertrek naar Rome.